Wat is inktvraat?
Bijna iedereen in de archiefsector heeft er weleens van gehoord: inktvraat. Maar hoe ziet dat er in de praktijk nu eigenlijk uit en waardoor wordt het veroorzaakt? Patricia Leeuwis, behoudsmedewerker bij het RAR, legt het uit!
Inktvraat is een doorgaand proces en kent verschillende gradaties. Eerst ontstaat een lichtbruine verkleuring van de inkt. In een latere fase wordt deze verkleuring donkerder en verspreidt zich door het papier. De letters hebben dan niet meer zo’n scherpe begrenzing en de inkt lijkt uit te lopen. Als het proces verdergaat, ontstaan er scheurtjes in de inkt en kan er materiaalverlies optreden. De letters vallen dan als het ware uit het papier.
Inktvraat kan voorkomen bij ijzerhoudende inkt: ijzergallusinkt. IJzergallusinkt is de meest gebruikte inktsoort voor handschriften van de late oudheid tot het begin van de twintigste eeuw. Veel van onze archieven zijn dan ook geschreven met deze inkt. Zoals de naam al doet vermoeden, bevat deze inkt veel ijzer en galluszuur (uit galnoten). Verschillende scheikundige reacties leiden tot ‘roesten en verzuren’ van de inkt en het papier, waardoor het papier zijn stevigheid verliest.
Wat kun je eraan doen? Preventief kun je al behoorlijk wat doen om schade door inktvraat te vertragen. Bewaren in een donker depot met gunstig klimaat helpt; dat vertraagt inktvraat. Goed verpakken helpt ook; daarmee voorkom je de ongewenste chemische reacties uit bijvoorbeeld een zure verpakking. Voorzichtig hanteren is natuurlijk altijd belangrijk en kan breuken in de inkt voorkomen.
Als er eenmaal ernstige inktvraat is ontstaan, kan deze plaatselijk worden gestabiliseerd door restauratie of geneutraliseerd door een waterige (fytaat)behandeling. Welke behandeling je kiest, is afhankelijk van verschillende factoren, zoals de vorm van het object, conditie van het papier, overige schade, aanwezigheid van watergevoelige media.
Op bovenstaande foto zie je een voorbeeld van inktvraat in stuk uit 0008 Rechterlijk archief van Tiel en Zandwijk 1431-1811, inventarisnummer 11. In dit archief zie je duidelijk dat ook het handschrift en de manier van schrijven van invloed zijn op inktvraat. Bij steeds hetzelfde, dik aangezette, handschrift is steeds duidelijk inktvraat te zien.
Hierboven zie je 1398 Prentenverzameling Chassé 1825-1833, inventarisnummer 236. Van deze prent zijn diverse afdrukken aanwezig. Je kunt hier duidelijk zien dat het materiaal van invloed is op inktvraat. Waar het papier dun is en de inkt dik, zie je duidelijk inktvraat.