ingekleurde prentbriefkaart met foto van lagere school in Hien

Korte geschiedenis van het dorp Dodewaard

De naam Dodewaard zou teruggaan op een zekere Dodo, een graaf die in de 9e eeuw land bezat in de Betuwe. ‘Waard’ betekent ‘land aan het water’, dus mogelijk betekende het oorspronkelijk: het land van Dodo. In een 11e-eeuwse tekst komt de naam voor als Dodewero in pago Baduano.

Buurschappen van oude oorsprong

Ook de buurschappen Hien, Gesperden en Wely zijn al eeuwenoud. Gesperden werd in de 13e eeuw vermeld als Gespurd, Wely in de 11e eeuw als Welie. Tussen de huidige Valewei en Valendries lag ooit het verdwenen gehucht Opperden, in het gebied dat nu De Rauwe Bongerd heet.

Bewoning sinds de Romeinse tijd

De eerste bewoners vestigden zich op de hogere oeverwallen langs de rivier. In de Romeinse tijd leefden hier al Bataven. Dodewaard en de omliggende dorpen zijn waarschijnlijk ontstaan tussen 500 en 800, in de vroege middeleeuwen. Archeologische vondsten – Romeins aardewerk in Gesperden, middeleeuws aardewerk in Wely – bevestigen deze vroege bewoning.

Verplaatsing van het dorp

Mogelijk lag het oude Dodewaard ooit dichter bij het water. Bij een overstroming zou het dorp zijn verdwenen, waardoor de kerk tegenwoordig buiten de dorpskern staat. Het oude dorp zou ten zuiden van de huidige kerk hebben gelegen. De Dalvaart, een sloot tussen Hien en Dodewaard, markeert nu de grens tussen beide dorpen.

Kerkelijke en bestuurlijke geschiedenis

Een invloedrijke heerlijkheid

Dodewaard was van oudsher een belangrijke heerlijkheid in de Neder-Betuwe en de oudste Betuwse bezitting van het gravenhuis van Gelre. De parochie Dodewaard was in de 12e en 13e eeuw groter dan de latere gemeente, wat wijst op haar regionale betekenis.

Kruisreliek en parochiegrenzen

In 1315 werd de parochie ondergeschikt aan de kerk van Arnhem, tegelijk met de overbrenging van een belangrijk reliek: het Heilige Kruis. Uit de oorspronkelijke parochie Dodewaard ontstonden later onder meer de parochies Hien en Hemmen. Dat leidde tot grillige gemeentegrenzen. Na de Reformatie bleven kerkelijke en wereldlijke grenzen grotendeels samenvallen.

Gasthuis en kloosterzusters

Rond 1400 stond er een gasthuis in Dodewaard, gesticht door een vrouwe van Valkenburg. In 1410 droeg een afstammeling dit gasthuis over aan het klooster van Renkum.

Dorpsbestuur vóór 1811

Voor 1811 hadden Hien en Dodewaard een dorpsbestuur. Twee buurmeesters regelden belastingen en dorpszaken. De dorpen vielen onder het Ambt Neder-Betuwe, waar de ambtman tegelijk dijkgraaf en richter was – een belangrijke vertegenwoordiger van de graaf van Gelre.

Van panderambt tot gemeente

In de 17e en 18e eeuw vormden Dodewaard, Hien, Ochten, Opperden, Gesperden, Wely en Eldik het panderambt Dodewaard. Van 1811 tot 2001 was Dodewaard een zelfstandige gemeente, waartoe ook Hien, Gesperden en Wely behoorden. Op 1 januari 2001 fuseerde Dodewaard met Kesteren en Echteld tot een nieuwe gemeente, die vanaf 2003 de naam Neder-Betuwe kreeg.

Kastelen en adellijke huizen

Huizen in Dodewaard, Hien en Wely

In vroeger tijden stonden in en rond Dodewaard meerdere adellijke huizen. In Dodewaard waren dat onder meer:

  • De Appelenburg

  • De Snor

  • Den Olden Hofstad (ook wel Slot Dodenweerd of De Hucht)

In Hien stonden onder andere De Pluymenburg, De Huevel, Den Esch en De Vrijenburg. Wely kende een huis met de naam De Toren.

De Appelenburg

Dit kasteel was van de 13e tot de 17e eeuw in handen van de familie Van Beijnhem. In 1693 kwam het in bezit van de familie Vijgh. In 1839 werd het gesloopt.

Kasteel De Snor

Ook dit kasteel, ooit gelegen waar nu boerderij De Snor staat, was in bezit van de familie Vijgh. Dirk Vijgh wordt in 1578 als eigenaar genoemd. Het werd eveneens in 1839 afgebroken.

Den Olden Hofstad / De Hucht

Het ‘Huys Doyewert’, later De Hucht genoemd, was in de 14e eeuw een Gelders leen. Het werd bewoond door onder meer het geslacht Tengnagell en later de families Van Dodenweerde, Van Wees, Maschereel, Kreysfenger, Van Raesfelt en opnieuw de Vijghs. Ook dit kasteel werd in 1839 gesloopt.

Kerk en religieus erfgoed

Hervormde kerk van Dodewaard

De kerk stamt deels uit de 11e of 12e eeuw. Ze herbergde ooit een belangrijk reliek: het Heilige Kruis, dat in 1315 naar Arnhem werd overgebracht. Na de Reformatie werden Hien en Dodewaard samengevoegd tot één hervormde gemeente. De eerste predikant was Hermannus Brockhusius, in 1603.

Romeinse grafsteen in de kerk

In de toren bevond zich lange tijd een grafsteen van M. Traianus Gumattius, met een inscriptie en afbeelding. Dominee Brouwer probeerde de tekst in 1685 te ontcijferen. De steen werd in 1863 overgebracht naar het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden.

Diaconie en armenzorg

In de 18e eeuw beheerde de hervormde diaconie een armenhuis in het dorp. In Wely stond vóór de Reformatie vermoedelijk een kapel, af te leiden uit oude bakstenen in boerderij Zeldenrust en de veldnaam ‘Kapel’.

Water, oorlog en spoorlijn

Spoorverbinding

Sinds 1882 is Dodewaard via de Betuwelijn verbonden met andere plaatsen. Station Hemmen-Dodewaard werd toen geopend en bestaat nog altijd.

Strijd tegen het water

Tussen Hien en Dodewaard ligt de Nieuwedijk, ooit aangelegd als Dwersdijk tijdens de Tachtigjarige Oorlog om water uit de Over-Betuwe te keren. Vroeger was er ook een natuurlijke verbinding tussen Rijn en Waal via een stroompje, waarschijnlijk De Laak genoemd, dat liep via de Korte Waard naar de Polse Bongerd.

Dodewaard werd meermaals getroffen door overstromingen. Tijdens de watersnood van 1809 verwoestte het water 45 huizen en kwamen drie mensen om. Inwoners vluchtten naar hoger gelegen dijken en kerken.

Dodewaard in de Tweede Wereldoorlog

In de winter van 1944-1945 liep het front dwars door de gemeente. Veel inwoners werden geëvacueerd naar Friesland, Brabant of België. Het dorp liep flinke schade op, maar werd na de oorlog hersteld.