Archieven

 

Uw zoekacties: De Olijftak, 1871; p. 403

De Olijftak

beacon
1  records
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
De Olijftak, 1871; p. 403
Naam tijdschrift:
De Olijftak
Pagina:
403
Datum:
1871
Jaargang:
1871
Is onderdeel van:
DE OLIJFTAK .
3
" Wilt gij niets gebruiken , heeren ?»
Herr Grosse schudde het hoofd ten teeken van zijn hooge goedkeuring . Zijn woeste oogen staarden gulzig door zijn reusachtigen bril heen naar de Mayonnaise . » Ja ja ! daar houd ik machtig veel van ,// zeide de vermaarde chirurgijn , terwijl hij met zijn geringden wijsvinger naar den schotel wees . // Gij weet ze klaar te maken — maakt gij ze met room ? Is ze van hoenders of kreeften ? Ik houd veel van kreeften , maar hoenders zijn ook niet kwaad . De versiering is allerliefst — ansjovis , olijven , beetwortels ; bruin , groen rood op de dikke witte saus . Dat noem ik eerst een overheerlijken schotel . Hij is lekker frisch op twee verschillende manieren : lekkerfrisch voor ' t gezicht , lekker frisch voor den smaak . Welaan , laten we nu eens het inwendige onderzoeken . Mevrouw Patro-lungo ( Patro-lungo ) zal beginnen .//
In deze bewoordingen kondigde Herr Grosse aan dat hij bereid was aan tafel te gaan . Hij werd echter door zijn bescheiden Engelschen collega beleefdelijk van de Mayonnaise tot zijn patient teruggeroepen .
« Verschoon mij ,// zeide Mr . Sebright . « Maar zoudt gij ' t niet geraden achten de jonge dame te zien , eer wij tot . iets anders overgaan ? Mijn tijd is beperkt . Ik moet met den volgenden trein naar Londen terug .//
Herr Grosse — met een vork in de eene en een lepel in de andere hand , en een servet om zijn hals geknoopt — trok een lang gezicht : schudde zijn dik hoofd , en keerde met een zwaren zucht zijn rug toe aan de Mayonnaise .
// Goed . Laten we dan eerst onze zaken afhandelen en daarna ons ontbijt gebruiken . Waar is de patient ? Komaan , vooruit ! // Hij maakte het servet los , blies een zucht uit ( ik zou er geen ander woord voor weten te vinden ) — en doopte zijn vinger en duim in zijn reusachtige snuifdoos . » Waar is de patient ?» herhaalde hij ongeduldig . // Waarom is ze hier niet bij de hand ?»
« Zij wacht in de aangrenzende kamer ,// zeide ik . // Ik zal haar dadelijk hierheen brengen . Gij zult'haar toch zeker verontschuldigen , heeren , als ze wat zenuwachtig is ?» voegde ik er bij , terwijl ik de beide oogheelmeesters nrmkeefe — Ml . - Hebrijrht boog 1 stilzwijgend . Herr Grosse vertrok zijn gelaat tot een duivelachtigen grijns , en zeide : // Wees gerust , beste . Ik ben niet zulk een wild dier als ik er wel uitzie !»
// Waar is Oscar ?» vroeg Nugent , toen ik hem op weg naar Lucilla's kamer voorbijkwam .
// Nadat hij al wel ten minste twaalf maal van plan veranderd is ,// hernam ik , /' heeft hij besloten niet bij ' t onderzoek tegenwoordig te zijn .»
Nauwelijks had ik deze woorden gezegd , of Oscar trad de kamer binnen . Hij was voor de dertiende maal van gedachte veranderd — en de slotsom was dat hij er wel bij tegenwoordig zou zijn .
Zoodra hij Oscar gewaar werd , riep Herr Grosse in zijneigen taal uit . // Ach , Gott ! hij heeft Nitras Argenti gebruikt . Zijn tint is geheel bedorven . Arme jongen , arme jongen !» Hij schudde zijn groot hoofd — draaide zich om — en spuwde in een hoek der kamer . Oscar trok een misnoegd — Mr . Sebright een walgelijk gelaat . Nugent alleen had er schik in . Ik ging de kamer uit en sloot de deur achter mij dicht .
Ik had nog geen twee stappen in den gang gedaan , toen ik de deur hoorde opengaan . Ik keek om en bevond mij tot mijngroote verbazing vlak tegenover Herr Grosse , die mij door zijn brilglazen heen woest aanstaarde en mij zijn arm aanbood .
// Stil !» sprak de vermaarde oogarts fluisterend . » Zeg er niets van aan iemand . Ik kom om u te helpen .»
// Om mij te helpen ?» herhaalde ik .
» Herr Grosse knikte hevig — zoo hevig dat zijn reus-achtige ( reusachtige ) bril op en neer op zijn neus sprong .
» Wat hebt u me toch zoo even gezegd ?» vroeg hij , " Hebt gij niet gezegd dat de patient zenuwachtig was ? Goed ! Ik ben gekomen om met u naar de patient te traan , én u te helpen om haar te halen . Wel ! komaan ! Ik ben zulk een wild dier niet als ik er wel uitzie . Kom , voorwaarts ! Waar is ze ?»
Ik aarzelde een oogenblik om dien zonderlingen af -
gezant in Lucilla's slaapkamer binnen te brengen . Een blik op hem was beslissend . Hij was immers een dokter — en dan nog wel zulk een leeüjke ! Ik nam zijn arm aan , en wij gingen te zamen naar Lucilla's kamer .
Zij sprong van de sofa op waarop zij lag te rusten , toen zij behalve de mijne vreemde voetstappen hoorde binnenkomen .
» Wie is daar 0 » riep zij .
» Ik ben ' t , mijn kind ,» sprak Herr Grosse . // Ach Gott ! wat een lief meisje ! Dat is nu juist de tint die ik gaarne mag zien — zilverblank - -! zilverblank ! Ik kom eens kijken , lieve miss , wat ik voor je oogjes doen kan . Als ik er ' t licht in terug breng — niet waar ? dan zal je zeker veel van me houden ? Ik wed dat ge zelfs een leelijken Duitscher zooals ik een kusje zult willen geven . Komaan . Geef me een arm , dan zullen we met elkander naar de andere kamer gaan . Daar staat nog een ander te wachten om u ' t licht terug te geven — mijnheer Sebright . Twee oogheelers , voor een mooi meisje—een Engelsehe oogarts ; een Duitsche oogarts — hé ! met ons beidjes zullen we dat lieve kind genezen . Mevrouw Patrolungo , mijn andere arm is tot uw dienst . Wel wat is er ? U kijkt naar mijn jas . Hij is leelyk kaal - ik schaam me er voor . Maar geen nood . In de andere kamer kunt ge naar mijnheer Sebright kijken . Hij is spik-splinter nieuw . Komaan ! Voorwaarts ! Marseh ! "
Nugent , die ons in den gang stond op te wachten , deed de deur voor ons open . » Is hij niet allerliefst ?» fluisterde Nugent achter mij , terwijl hij naar zijn vriend wees . Begeleid door Herr Grosse , traden wij deftig de kamer binnen . Onze Duitsche dokter had Lueilla reeds goed gedaan . De angst en akeligheid van het onderzoek was al dadelijk opgeheven . Herr Grosse had haar aan ' t lachen gebracht — Herr Grosse had haar geheel ge-rust ( gerust ) gesteld .
Toen wij in de zitkamer terugkeerden , vonden wij mijnheer Sebright en Oscar in een druk vriendschappelijk gesprek . De bescheiden Engelschman scheen zich getrok-ken ( getrokken ) te voelen tot den beschroomden Osear . Zelfs mijnheer Sebright werd getroffen door de verschijning van Lueilla ; zijn strak gelaat helderde op toen hij aan haar werd voorgesteld . Hij plaatste een stoel voor haar tegen-over ( tegenover ) her venster . Er was een warmte in zijn toon , waartoe ik hem niet in staat had geacht , toen hij haar verzocht daar plaats te nemen . Zij nam den stoel aan . Daarop trok mijnheer Sebright zich terug en boog voor den heer Grosse met een beleefden wenk van zijn hand naar Lueilla , welke beteekende : » Gij eerst !»
Herr Grosse beantwoordde deze beleefdheid met eene zelfde handbeweging , en door zijn zwaar hoofd machtig te schudden , hetgeen beteekende : » Ik denk er niet aan !» /' Vergeefmij ,» verzocht mijnheer Sebright . Als mijn oudere in jaren , als bezoeker van Engeland , als een meester in onze kunst .»
Herr Grosse vergastte zich in antwoord op deze be-leefdheid ( beleefdheid ) met drie schielijk op elkander volgende snuifjes — een snuifje als oudste — een als bezoeker van Enge-land ( Engeland ) — en een als meester in de kunst . Daarop volgde eene pijnlijke stilte . Geen der beide artsen wilde den ander den voorrang ontzeggen . Nugent kwam tusschen-beide ( tusschen-beide ) .
// Miss Einch zit te wachten ,» zeide hij . » Koni , Grosse , gij zijt ' t eerst aan haar voorgesteld . Onderzoek gij haar nu eerst .»
Herr Grosse nam Nugent's oor tusschen zijn vinger en duim , en kneep hem vriendschappelijk . » Je bent toch een verstandige jongen ! » zeide hij . » Je hebt altijd eeu antwoord gereed .» Daarop waggelde hij naar Lucilla's stoel en bleef met verontwaardigden blik staan . Oscar stond over haar heen gebogen , te fluisteren met haar hand in de zijne . » Zeg eens ! wat is dat ?» riep Herr Grosse . » Is dit een derde oogarts ? Hoe , mijnheer ! gij behandelt de oogen van de jonge dame , door de hand der jonge dame vast te houden ? Gij zijt een kwakzalver ! Maakt dat gij weg komt !» Oscar trok zich niet zeer vriendelijk terug . Herr Grosse nam een stoel tegenover Lueilla en zette zijn bril af . Als een bijziend menseh had hij zooals van zelf spreekt uitmuntende oogen voor
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer