3247 Archief van de commissie tot ontwikkeling en ontspanning der gemobiliseerde troepen te Zaltbommel, 1914 - 1919
3247
Archief van de commissie tot ontwikkeling en ontspanning der gemobiliseerde troepen te Zaltbommel, 1914 - 1919
Inleiding
De oologsdreiging in Europa deed de Nederlandse regering in augustus 1914 besluiten tot een mobilisatie van zijn troepen. In Zaltbommel werden ook soldaten gelegerd, onder andere pontonniers uit Dordrecht die een verbinding over de Waal moesten realiseren. De regering had ook zorg voor het welbevinden van de militairen. Op initiatief van de vrijzinnig-democratische onderwijsspecialist dr. D. Bos werd een Centrale Commissie voor Ontwikkeling en Ontspanning der Gemobiliseerde Troepen opgericht. Men was ervan overtuigd dat 'lediggang, onvermijdelijke verveling, drijft tot minder gewenste feiten, dat de lange doelloze avonden zelfs de besten onder de troepen zullen neerdrukken, muizenissen in het brein, ontevredenheid in het hart zullen veroorzaken'.1) De commissie kreeg steun van verschillende ministeries. Middels een brief van 22 september lichtte de minister van Binnenlandse Zaken gemeenten in over de oprichting van de centrale commissie en provinciale commissies. Hij verzocht tot de oprichting van plaatselijke commissies. Het gemeentebestuur van Zaltbommel wendde zich tot de commandant van de pontonniers met de vraag of er behoefte was aan cursussen en ontspanning voor de militairen. Het antwoord was positief waarna in Zaltbommel een plaatselijke commissie werd opgericht onder voorzitterschap van ds. F.S. Knipscheer. Landelijk is de centrale commissie in 1915 overgenomen door de militairen. De leiding is voortaan in handen van generaal-majoor P. Kleijnhens als hoofd van het Bureau voor Ontwikkeling en Ontspanning als onderdeel van het Algemeen Hoofdkwartier.
In de oorlogstijd verzorgde de commissie met wisselend succes verschillende cursussen, in de lokalen van de Rijks Hogere Burger School aan de Steenweg, en ontspanningsavonden. Met de demobilisatie na de oorlog kwam er een einde aan de activiteiten van de commissie. De Zaltbommelse commissie had een overschot van 14 gulden en 1 cent, hetwelk ze met toestemming van het landelijk bureau mocht overdragen aan de plaatselijke afdeling van het centraal genootschap voor kinder-, vakantie- en herstellingskolonies.
Het archief is in 2004 door het Maarten van Rossummuseum in bewaring gegeven aan het streekarchief. De omvang van het archief bedraagt 0,12 m. (5 nummers). Aan de openbaarheid zijn geen beperkingen gesteld.
S.E.M. van Doornmalen, februari 2005.
laatste wijziging 10-04-2017
5 beschreven archiefstukken
Noten
1. Geciteerd in Kleijngeld, p.87.
laatste wijziging 10-04-2017
5 beschreven archiefstukken
Literatuur
A.M.P. Kleijngeld, Gemobiliseerde militairen in Tilburg tijdens de Eerste Wereldoorlog. Tilburg 1983 (Bijdragen tot de geschiedenis van het zuiden van Nederland LVII). In het bijzonder p.87-94.
S.H.A.M. Zoetmulder, Zaltbommel 1914 - 1918, in: Tussen de Voorn en Loevestein XXVIII(1992) nr.77 p.68-81.
laatste wijziging 10-04-2017
5 beschreven archiefstukken
Inventaris
laatste wijziging 10-04-2017
5 beschreven archiefstukken
Kenmerken
Datering:
1914 - 1919
Verversingsgraad:
onregelmatig
Taal:
Nederlands
Omvang in meters:
0,12
Categorie:
laatste wijziging 10-04-2017
5 beschreven archiefstukken