Archieven

Uw zoekacties: Onze Jonge Meisjes, 1899-05-07; p. 4

Mijn Studiezaal (inloggen)

Onze Jonge Meisjes

1 records

OJM_1899 Onze Jonge Meisjes

Delen

Doorsturen per email

Delen via Facebook

Delen via X (Twitter)

Printen

Duurzaam webadres

Mijn Studiezaal

Favoriet of een notitie maken

Stel een vraag of plaats een opmerking op de tijdlijn

Reageren

Stuur een reactie naar Regionaal Archief Rivierenland

Onze Jonge Meisjes, 1899-05-07; p. 4

Naam tijdschrift:

Onze Jonge Meisjes

Pagina:

Datum:

1899-05-07

Jaargang:

1899

Is onderdeel van:

18990507 -

5 e jaarg.
■« w w
iit vSitiEa
&»§
VAN OVER DE GRENZEN. Van 15 Februari tot 15 Maart 1899.
Hofberichten. Van verschillende vorstenhoven kwamen tusschen 15 Februari en 15 Maart berichten tot ons, die dui-delijk ( duidelijk ) deden zien dat „eenerlei” wedervaart hen die hoog en die laag geplaatst zijn. In het naburige België verkeerde men dagen achtereen in groote spanning omtrent den toestand der Koningin, wier einde, naar zij zelve ook meende, scheen ge-komen ( gekomen ) te zijn. In zulke dagen treedt aan het licht hoe veel of hoe weinig invloed ten goede, vorstelijke personen op het leven hunner onderdanen hebben uitgeoefend, en het verheugt ons voor de koningin der Belgen dat men zooveel goeds van haar wist te. verhalen. Hetgeen wordt medegedeeld omtrent haar eenvoud ' en hulpvaardigheid is inderdaad aandoénlijk. Schoon, vele rampen haar hebben getroffen bleef zij steeds het grootste belang stellen, vooral in de lotgevallen van hen die tot haar hofhouding behoorden, en groote droefheid vervulde daarom de harten van allen die meenden dat hare ziekte met den dood zou eindigen. Mocht de geschiedenis van haar al geen groote daden kunnen melden, zij heeft die inderdaad ver-richt ( verricht ) aan de krankbedden van velen die zij de vriendelijkste hulp verleende. V-oc" het csgcnblik echter bestaat- er alle hoop dat zij voor-land ( voorland ) en volk en huisgezin zal gespaard blijven. President Faure. Is het werkelijk reeds te laat ge-worden ( geworden ) om in ons blad aan dezen hooggeplaatsten man te herinneren? Dan bewijst dit voorzeker, hoe snel voor iemand het woord in vervulling kan treden: „Men kent en vindt hun standplaats zelfs niet meer.” Immers slechts 30 dagen geleden was deze man de eerste persoon in het naburige Frankrijk, en thans reeds is al zijn grootheid in den dood geëindigd, hebben zijne vrouw en dochter reeds het elysée verlaten, en heeft een ander zijn regeeringsplaats ingenomen! Het heeft ons getroffen dat ook deze man in het aangezicht van den dood zoo gansch klein werd. Slechts enkele oogen- blikke
werd uitgezonden, de opdracht ontvangen te hebben om een tocht te maken in het belang der zending in Tibet, die twee jaar duren zou. Voor hij die reis ondernam trad Rynhart in het huwelijk, en onmiddellijk daarna begon hij, in gezelschap zijner jonge vrouw en een kleine, goed toegeruste karavaan, zijn voorgenomen reis. Welke moeielijkheden daaraan verbonden waren zullen wij zeker later vernemen, thans is alleen bekend, dat zij in bet onherbergzame Tibet niet alleen aan allerlei ongemakken waren blootgesteld, maar dat zij spoedig ook door een bende roovers overvallen en geheel uitgeplunderd werden. Wat echter het sehrikkelijkste van alles mag heeten, is dat Rijnhart in het belang zijner lijdende echtgenoote zich op weg begevende om in een klooster der Buddhisten hulp voor haar te zoeken, vandaar niet is wedergekeerd! Welk een vreeselijk lot dit is voor zijne jonge vrouw, kan ieder zich voorstellen. Alle vrees bestaat dat Rijnhart op de een of andere wijze om het leven is gekomen, en wellicht nooit meer iets omtrent hem zal vernomen worden. Hoe jam-mer ( jammer ) inderdaad van dezen krijgsknecht in den dienst des Hee-ren, ( Heeren, ) die zich wel een der moeiehjkste posten zag aangewezen. Wij hopen spoedig in de gelegenheid te zijn nadere berichten mede te deelen. VAN EIGEN BODEM. Van 15 Februari tot 15 Maart 1899. Nog eens „de vrouwenbeweging.” In een vergade-ring, ( vergadering, ) dezer dagen te Utrecht gehouden, heeft een der woord- voerdsters van „Vrouwenkiesrecht” uiteengezet, waarom de „vrouwenbeweging” van de grootste beteekenis is voor de menschhéid. Zij meende dat „de zucht om in eigen onderhoud te voorzien,” en „de behoefte aan zelfstandigheid en invloed op de wetgeving,” die beweging had doen ontstaan, en ver-wachtte ( verwachtte ) van hare vervulling de beste oplossing der vele ge-breken. ( gebreken. ) N.B. Middel tot verkrijging van dit doel, en tot ver-betering ( verbetering ) van veel dat den invloed ten g

Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer

laatste wijziging 19-05-2023

1 gedigitaliseerd