Archieven

 

Uw zoekacties: Onze Jonge Meisjes, 1897-04-03; p. 5

Onze Jonge Meisjes

beacon
1  records
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
Onze Jonge Meisjes, 1897-04-03; p. 5
Naam tijdschrift:
Onze Jonge Meisjes
Pagina:
5
Datum:
1897-04-03
Jaargang:
1897
Is onderdeel van:
Hij gaf haar de hand en keek haar met zijne ernstige, haast strenge oogen aan. „Wat zijn dat wonderlijke menschen,” dacht Marie, en zij wist niet hoe zij zich moest houden. Én dan was alles hier zoo klein in vergelijking met de andere huizen waar zij ge-diend ( gediend ) had, maar netjes was het overal. De provisiekamer was luchtig en frisch, maar grappig klein, en er was ook niet zoo heel veel in! Toen ’s avonds alles was omgewasschen en weggezet, wekte Mevrouw Holm haar op om maar terstond naar bed te gaan en goed uit te rusten. „Wij staan om zes uur op; wordt ge van zelf wakker?” „Ja, dat zou wel gaan.” Terwijl Marie haren koffer uit pakte, en haar kastje schikte, hoorde zij, dat mevrouw Holm, nadat zij hare kinderen te bed had gebracht, hun voorzong: „Laat mij slapend op U wachten, Heer, dan slaap ik recht gerust.” Op de woorden sloeg zij weinig acht, maar de wijze van het lied en de zachte liefelijke stem troffen haar. Hoe kwam het, dat het gelaat en de stem van mevrouw Holm vroegere herinneringen bij haar opwekten? Het was, alsof de ring, dien zij om den hals droeg, haar begon te drukken. „Kom,” dacht zij, „ik zal hem maar afnemen,” — maar zij deed het toch niet. (Wordt vervolgd.}
IKlEZEtSTZFKZEST.
Wees gegroet, gij heerlijk Feest, Nu Gods kind’ren, één van geest, Treên naar ’s Heeren woning. Nu zij daar met hart en stem ’t Heilig Kind van Bethlehem Eeren als hun Koning ! Ja, Hij kwam, hoe lang verwacht! In des levens donkren nacht Straalt nu ’t licht van Boven! En Hij komt, ook in ons hart, Geeft er vrede en troost voor smart, Zoo wij slechts gelooven. ’t Rijze daarom naar omhoog, ’t Klinke langs den hemelboog, ’t Loflied onzer zielen, Nu wij op dit heerlijk feest Met de herders, in den geest, Bij de kribbe knielen! Ach! hoe donker waar ’t op aard. Waar aan zonde smart zich paart, Droeve tranen stroomen, Zoo Gods eengeboren Zoon, Deelgenor^ van ’s Vaders troon, Eens niét waar’ gekomen: Dan geen hoop voor u of mij; ’t Leven waar’ een woestenij; ’t Menschdom waar’ verloren, ’s H age.
En geen vreugd, als nu ons hart Opvoert boven leed en smart, Waar’ ons dan beschoren. Maar Hij kwam — den Heer zij eer! Zie! Hij daalde tot ons neêr, Armer nog dan de armen, Maai- in liefdé rijk en groot, Maar — als Redder van den dood — Vol van teer erbarmen. Diep gevallen Adamskind Alzóó heeft U God bemind: 'Buig u dankend neder! Waar g’ uw weg verdorven hadt, Leidt Hij u op ’t rechte pad, Geeft u ’t leven weder. Als die Heer uw Heiland is, Wijkt der zonde duisternis Voor den blijden morgen, Die een eeuwig schoonen dag, Zooals nimmer ’t oög hier zag, In zich houdt verborgen. Wees gegroet dan, heerlijk Feest! Ja, wij willen, één van geest, Treên naar ’s Heeren woning, En in ’t heilig Christuskind, Dat zoo teer en trouw ons mint, Groeten onzen Koning! Maria L.
BOEKBEOORDEELING. Ter beoordeeling is mij toegezonden een juist verschenen HISTORISCHE DICHTBUNDEL verzameld door Fidelio met een inleidend woord van Ds. J. Th. de Visser. De verzamelaar, zelf een warm lid van het Ned. Jongelings-verbond, ( Jongelingsverbond, ) heeft zijn werk in de eerste plaats voor Chr. Jongel.- vereen. bestemd. Alle lezeressen, die broeders hebben, mogen dus wel hunne aandacht op dezen Bundel vestigen voor de Jongelingsvereenigingen in hunne omgeving. Gaarne beveel ik hem echter ook onze meisjesvereenigingen en kransen aan. Zij, die weten hoezeer ik de geschiedenis liefheb, in ’t bizonder ook die van ons vaderland met haar schoon en heerlijk ver-leden, ( verleden, ) zullen dit begrijpen. Daar wordt vaak geklaagd over gebrek aan geschikte voordrachten voor dergelijke samenkomsten, die wel eens een heel eenzijdig karakter dragen, indien men niet wil vervallen in flauwe of onbeteekenende scherts. Welnu, hier vindt men wat anders; degelijke, hollandsche gedichten, de groote daden en feiten bezingende, waaraan onze vaderl. historie zoo rijk is. Ook voor onze meisjeskringen met hun doorgaans zoo weinig historischen zin en historische kennis beveel ik den bundel zeer aan. De verzamelaar, de heer
R. J. G. Schouten te Tiel, a.s. theol. stud., is dunkt ons zeer gelukkig geweest in zijne keus, en verdient den dank van allen, die in Christ, bibl. of vereenigingen zijn bundel kunnen ge-bruiken. ( gebruiken. ) Deze is uitsluitend verkrijgbaar bij hem zelf en kost ƒ1.25 ingenaaid, ƒ1.50 gecartonneerd. Daar het een flink boekdeel is van 263 bladz., is gecartonneerd aan te bevelen. De heer Schouten verzendt de bestelde exempl. franco, maar alleen na ontvangst van ’t bedrag per postwissel. H. W. S.
Nieuwe Liederen-bundel voor Zondagschool en Huisgezin bijeengebracht door H. W. S. De lang begeerde 4 e druk is verschenen en met vele nieuwe liederen verrijkt. Bij minstens 10 ex. verkrijgbaar bij de Redactrice ä 32 ct. franco. Voor Rotterdam bij Mevr. Havelaar, van af 1 Uec.
EEM EENVOUDIG OOG. „Indien uw oog eenvoudig is,” zegt onze Heer. Wat is dat, een eenvoudig oog. Is het niet een oog dat de dingen ziet zooals ze zijn? Dat klinkt al heel gewoon en heel natuurlijk, om dat te doen, maar ’s levens praktijk en onze ervaring in den omgang met de menschen toont ons dat het iets zeer moeielijks is. De oorzaak van dit moeielijke mag wel daarin liggen dat bij al ons zien en oordeelen de schaduw van onzen eigen persoon op de dingen valt. Konden wij daarvan maar bevrijd worden! Kon de afstraling van het eeuwige licht, waarin God de dingen ziet en oordeelt, ons maar omvatten en ons leeren ons zelf ter zijde te stellen. Hebben wij wel eens gebeden: „Heer, verlos mij van mijzelven”? Daardoor alleen kunnen wij verkrijgen dat eenvoudige oog, waarvan de Hei-land ( Heiland ) spreekt. In ons dagelijksch leven zeggen wij wel eens van vrienden die elkander hoog, of, wat vaak voorkomt, te hoog stellen : „Hij of zij kijkt door zijn of haar oogen.” Waarom zouden we dan niet leeren te zien door de oogen van Hem, den Eenige op aarde, die de dingen recht zag? Voor dit afzien van onszel- ven en dit zien op Hem wordt ons een kostelijke zegen toe-gezegd: ( toegezegd: ) De Heer bewaart de eenvoudigen.
Opgaaf van dagelijksclie Bijbellezing gedurende de maand December.
Dec. '1. Hetgeen zij kende. Mark. 14 : 3-9 » 2. Ondersteuning. Handl. 11 : 19-30. » 3. Als een voet den lamme. Job. 29 : 1-25 » 4. De belooning. Luk. 6 : 30-38. » 5. Niet om gediend te wor ¬ den, maar om te dienen. Matth. 20 : 20-28. Paulus. S 6. De minste van allen. 1 Cor. 15 : 9-11. Eph. 3-8. » 7. Een doorn in ’tvleesch. 2 Cor. 12:1-10. » 8. Eenvriend.FilémonlO-19. » 9. Door vele verdrukkingen. Handl. 14:8-20; 2 Cc.r. 6 : 1-10. » 10. Hetge'-nig^nisvanPaulus. Handl. 26 :1-15. », 11. Geef God eere en lof. 1 Tim. 1 : 12-17. I 12. Wat ik uit het leven en de geschriften van Paulus geleerd heb. Handl. 9 : 1-22. Onze zonden. » 13. Alle menschen zijn zon-daren. ( zondaren. ) Rom. 3:19-31. » 14. Wie zal ons verlossen? Rom. 7 : 14-25. » 15. Onze voorspraak. 1 Joh. 2 : 1-6.
Dec. 16. De bo'oze lust. Spr. 6 : 12-19, 27, 28: Jac. 1 : 13-15. » .17. Belijdenis. 1 Joh. 1 :l-10. » 18. Van ganscher harte. Deutr. 4 : 25-31. Ez. 14. » 19. Onze zonden, en hoe wij daarvan verlost kunnen worden. Luk. 13 : 23-30. Wat het Kerstfeest ons zegt. » 20. Zijn naam zal Jesus zijn. Luk. 1 : 26-38. I 21. Hij doet een krachtig werk. Luk 1 : 46-55. » 22. De kribbe. Luk. 2:1-7. » 23. De zang des hemelschen heirlegers. Luk. 2 : 8-20. » 24. Licht en heerlijkheid. Luk. 2 : 22-32. » 25. De wijzen uit het Oosten. Mattl). 2.1-12. » 26. Wat heeft het Kerstfeest tot u gezegd ? Jes. 53 : 1-12. Terugblik. » 27 Een jaar van zonde. Job. 42 : 1-6. » 28. Een jaar van krönenden zegen. Job. 42: 7-12. » 29. Een jaar van mislukking. Jos. 7:1-9. » 30. Een jaar der vreugde. Ps. 148 » 31. Een terugblik. Ps. 145.
A. van Loon. — Tiel.
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer