Archieven

 

Uw zoekacties: Humoristisch Weekblad, 1875-12-18; p. 2

Humoristisch Weekblad

beacon
1  records
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
Humoristisch Weekblad, 1875-12-18; p. 2
Naam tijdschrift:
Humoristisch Weekblad
Pagina:
2
Datum:
1875-12-18
Jaargang:
1875
Is onderdeel van:
PAG. 402.
HUMORISTISCH WEEKBLAD.
— En hier is de Mops!" zeide Kaalkop, het beroemde dier van den schoorsteenmantel nemende. «Maar wacht even !"
Hij haalde papier, pen en inkt voor den dag.
»Wij zullen een koopcontract opmaken," zeide hij, »waarin ge u daarenboven verbindt, om binnen drie dagen na. dato een opgezette Mops te leveren, die minstens even mooi moet wezen als deze. Komt gij deze verplichting niet na dan betaalt gij eene schadevergoeding van ƒ 200."
«Ik zal een even mooie Mops leveren als deze!"'
'Mijnheer Berger, u zult wel zoo goed willen wezen als getuige te teekenen met mijn vriend."
Dit gebeurde en daarmede was de koop wettig bekrachtigd.
'Gij zult mij voor een gek houden, mijnheer Berger," zeide Samuel Smalhuizen tegen den vendumeester toen zij buiten waren, terwijl hij den Mops teeder tegen zijn hart drukte. 'Ze hebben me uitgezogen, die Gojims. Maar gij zult spoedig zien, dat Samuel Smalhuizen geen gek is! Ga mee, in mijn huis — dan zal ik u toonen wal het zeggen wil voordeelige zaken te doen!"
Leeuwtje echter zeide tegen kaalkop: »Let wel! Het kan niet missen of de geldmops komt terug! Hij laat ons niet in den steek.
4-
Wat is menschelijke hoop?
Een droombeeld, een hersenschim, een ideaal, een illusie, een luchtkasteel, een neveibeeld! Wat is geluk?
Als iemand een zevenduizend-guldens-Mops voor 2 5 cents koopt.
Wat is ongeluk?
Als iemand een vijfentwintig-cents-Mops voor twee dui¬ zend gulden koopt.
Geheel verpletterd en vernietigd zonk Samuel Smalhuizen in elkander, toen hij te huis in zijne kamer gekomen het portefeuilletje met zevenduizend gulden niet in den open¬ gesneden Mops vond.
Half waanzinnig woelde hij met zijne vingers door de Mopskanaster, maar vond geen cent.
'O Sarah!" riep hij uit, bleek van smart en woede, »waarom hebt ge me dat aangedaan?"
De vendumeester, die naast hem stond, kon zich niet weerhouden te lachen; onderweg had de woekeraar hem met het geheim van den Mops bekend gemaakt. In een aanteekenboekje van de overledene Sarah had hij eene opgaaf van den verborgen schat gevonden en aan de on¬ waarheid niet gedacht, te meer daar een opgaaf van het vermogen zijner zuster ƒ7000 meer bedroeg dan in de na¬ latenschap was gevonden.
»Het schijnt, dat uwe overledene zuster u een kleine poets heeft willen spelen, mijnheer Smalhuizen!" zeide de heer Berger zacht.
«O, Sarah, Sarah, Sarah!" steunde de ongelukkige woe¬ keraar, «waar hebt ge het geld gelaten? Er is toch geen geld in den Mops, zooals ge in u aanteekenboekje hebt opgeschreven !"
»Zouden de studenten het geld ook gevonden kunnen hebben ? Ze zijn op reis geweest."
»0 vader Abraham, Isaac enjacob! Dan hebben de boos¬ wichten me beet gehad. Wee mij, wee mij!"
Samuel Smalhuizen weende.
't Was voor het eerst van zijn leven!
«En toch," zeide de vendumeester, «zagen de jongelui
er alles behalve naar kapitalisten uit, maar ik heb hunne slimheid bewonderd om de prijs van den Mops op te schroe¬ ven. Als vendumeester ben ik kenner en ik versta mijn be¬ roep ook, maar dat had ik niet klaargespeeld.'_____Mijn¬ heer Smalhuizen !"
De woekeraar lag met het hoofd op tafel en verroerde zich niet.
«Mijnheer Smalhuizen!"
De oude steunde.
«Mijnheer Smalhuizen! ik krijg nog / 15 van u voor mijne bemoeiingen in de Mopsaffaire!"
De woekeraar stond op.
«Gij zult uw /is hebben," zeide hij zuchtend. «Het is verdiend loon, en gij zult ze hebben. Maar nu moet ge me nog een pleizier doen, mijnheer Berger! Ik moet aan die vervloekte Gojims nog een Mops leveren of ƒ 200 betalen. Laat voor mijne rekening den Mops weer opvullen. Laat de gele plank waarop de Mops staat bruin schilderen, en dan mijnheer Berger, breng dan zelf den Mops terug en laat u eene quitantie geven."
sik zal er voor zorgen, mijnheer Smalhuizen", zeide de vendumeester.
«Weet gij wat, mijnheer Berger", fluisterde de oude met een duivelachtig geluid, terwijl hij den ander krampachtig bij den arm greep, «weet gij wat? Er is mij iets overkomen wat mij nog nooit van mijn leven is gebeurd. Ik heb een snee door den neus gekregen ! Maar wie heeft mij dien snee over den neus gegeven? Ik heb het ze 1 f gedaan! Hihihihi! Dat is toch een troost voor den ouden Sam !" __ __
Den volgenden dag zaten Kaalkop en Leeuw in liefelijke eendracht bij elkander in de kamer van eerstgenoemde boven in liet huis van den borstelfabriekant.
Zij waren in een ernstig gesprek over het gebruik van de twee duizend gulden verdiept, en hadden juist uitgerekend dat, wanneer zij deze som zuinig besteedden, zij juist voldoende zou zijn om hen bij hun andere inkomsten tot het einde van hun studietijd volkomen uit den nood te helpen en het leven aangenaam te maken. Üp de beroemde reis van zeven duizend gulden waren zij geheel uitgebazuind ; zij wilden nu verstandig worden en zich nauwgezet voor het ploertendom voorbereiden.
Er werd geklopt.
«Daar is zeker de Mops!"' zeide Leeuwtje.
Hij had gelijk.
De vendumeester verscheen met de netjes gerestaureer- den Mops.
^ «Namens den heer Smalhuizen," zeide hij, «breng ik u hier een Mops, met verzoek mij een bewijs van ontvangst te willen geven ?"
«Het is volkomen in orde. Ik zal u eene quitantie geven.
Toe Leeuw, zet den Mops eens op zijn plaats. __ Wel
verduiveld, dat is onze oude Mops!"
»Hoera!" riep Leeuwtje. «Mops wij zien elkander terug."'
'Ja, mijne heeren", zeide de heer Berger lachend; »gij hebt een schitterende zaak met dezen merkwaardigen Mops gemaakt. De heer Smalhuizen had een idéé fixe dat in den Mops een schat verborgen zou zijn; daarom wilde hij hem zoo gaarne hebben. En wat vond hij? Mopskanaster! niets dan Mopskanaster!"
»0", zeide Kaalkop, «niet iedereen heeft er slag van goedkoop tabak te koopen; dat kan men ook niet van
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer