Archieven

Uw zoekacties: Humoristisch Weekblad, 1875-12-18; p. 1

Mijn Studiezaal (inloggen)

Humoristisch Weekblad

1 records

HMBL_1875 Humoristisch Weekblad

Delen

Doorsturen per email

Delen via Facebook

Delen via X (Twitter)

Printen

Duurzaam webadres

Mijn Studiezaal

Favoriet of een notitie maken

Stel een vraag of plaats een opmerking op de tijdlijn

Reageren

Stuur een reactie naar Regionaal Archief Rivierenland

Humoristisch Weekblad, 1875-12-18; p. 1

Naam tijdschrift:

Humoristisch Weekblad

Pagina:

Datum:

1875-12-18

Jaargang:

1875

Is onderdeel van:

18751218 Humoristisch Weekblad

N°. 51.
Dit blad verschijnt des Zaterdags. Prijs f er jaargang van S2 Nommcrs f 5.20, franco per fost f 6.00. - Bijdragen e„z. worden franco
ingewacht aan 't adres van den uitgever.
DE OPGEZETTE MOPS.
{Slot)
»Maar begrijp dan toch!" ging Kaalkop onverstoorbaar voort, »begrijp dan toch, dat die Mops voor mij is, wat een knoop eenmaal voor den philosoof Kant is geweest, de groote profeet, die aan het niet-bestaan van dien knoop zijn diepzinnige stellingen verbond, waardoor de philosofie op geheel nieuwe banen is gevoerd. Welnu, ik ben gewoon dat mijn Mops van zijn verheven standplaats op mijn studicen nederziet; in zijn glazen oogen schijnt een voor mij geheim¬ zinnige kracht te liggen, die mij met geestdrift bezielt om door te dringen tot de ondoorgrondelijke diepten, in den nog onopgeloste raadselen van de geneeskunde. Wat zijn Galenus , Hippocrates, Crasistratus en Kratipulos — wat zijn Virchow, Frerichs, Oppolzer en Huschka — deze oude en nieuwe heroeén der geneeskunde — wat zijn zij in vergelijking met mijn Mops? Slechts menschep., sterfelijke en gedeeltelijk ook reeds gestorven menschen! O, Leeuw, gij weet het! Gij kunt getuigen welk een zegen deze Mops in de laatste zes weken voor mij is geweest. Zeg gij aan deze Boeotiers wat gij van de zaak denkt!"
Leeuw sloeg met zijn vuist op tafel, dat de vloer dreunde.
3Wat mij betreft," riep hij, zal de Mops nog voor geen millioen worden verkocht! Hij is door de Voorzienigheid bestemd dezen homunculus leven in te storten en ons beiden tot pilaren der wetenschap te maken! Dit edele dier zou in een oud familiegraf worden ingemetseld? — O, ik gruw
van de gedachte! Zij walgt mij.....O Kaalkop! — als
ik het waag in de toekomst te blikken — dan voorzie ik dat de dankbare nakomelingschap een mausoleum , een Griekschen tempel zal oprichten voor dezen Mops!".....
»Ik zal hem vijfhonderd gulden geven !" kreunde Samuel Smalhuizen. »Wees barmhartig ! Ik kan hem niet laten loopen ter wille van mijne familie. Ik kan niet te huis komen zonder den Mops !"
sAls er uwe familie zooveel aan gelegen is den Mops te zien" zeide Kaalkop, met kalme onbeschaamdheid, »dan wil ik haar gaarne veroorlooven alle Zondagen hier te
komen om hem te bewonderen, natuurlijk tegen eene entree van tien gulden de persoon. En niemand mag hem aanraken. Ik zal er zelf bij tegenwoordig wezen!"
sik ook!" verzekerde Leeuwtje, sik bescherm den Mops als mijn oogappel!"
»Neen!" riep Smalhuizen, sik moet den Mops te huis brengen! Ik zal u duizend gulden geven!"
»Neen!" riep Kaalkop.
» Vijftienhonderd!"
»Neenü"
«Zeventien honderd vijftig!"
»Neenü!"
I" zeide de oude Hebrceër terwijl hij zkh her¬sGoed I" zeide de oude Hebrceër terwijl hij zkh her¬ haaldelijk het koude zweet afwischte en opstond: shoor dan mijn laatste woord: ik zal u geven twee duizend gulden!" Leeuw stiet zijn vriend met den voet aan.
»Twee duizend gulden!" mompelde Kaalkop »hm, twee duizend gulden! Wat beteekenen twee duizend gulden?"
»Twee duizend gulden, is een klein kapitaal!" schreeuwde Samuel Smalhuizen.
»Halt!" brulde Leeuw. »Ik heb een idee! Mops is bij slot van rekening toch maar Mops! Mijnheer Smalhuizen verschaft ons een anderen opgezetten Mops en betaalt twee duizend gulden !"
»Dat is een gedachte die heb je aan Mops zelf te danken!" riep Kaalkop. »Ja zoo kan alles in orde komen!"
»Waarom hebt u die Mops-gedachte niet vroeger gehad?" vroeg Samuel Smalhuizen nijdig. »Gerechte God, waarom ben ik niet zelf op die Mops-gedachte gekomen?"
> Mijnheer Smalhuizen, 'k zou u raden niet scherp of beleedigend te worden of er komt niets van de zaak," zeide Kaalkop. »Daarenboven: eerst het geld en dan de Mops!"
«Dat zeg ik ook!" riep Leeuwtje ; Eerst het geld, en dan de Mops!"
»Lieve God, de heeren kunnen me zoo'n kleinigheid wel vertrouwen!" mompelde Samuel, lachende als een boer die kiespijn heeft, terwijl hij een portefeuille met bankbil¬ jetten uit zijn zak haalde, en tien bankjes van f 200 neer¬ telde. »Als 't u blieft: een, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven, acht, negen, tien van tweehonderd, maakt twee duizend guldentjes."

Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer

laatste wijziging 07-06-2023

1 gedigitaliseerd