Archieven

 

Uw zoekacties: De Olijftak, 1872; p. 10

De Olijftak

beacon
1  records
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
De Olijftak, 1872; p. 10
Naam tijdschrift:
De Olijftak
Pagina:
10
Datum:
1872
Jaargang:
1872
Is onderdeel van:
9
DE O L IJ F 1 A K .
bezetting verlaten zeesteden van Holland , en deelde mede , dat hij door den invloed , dien hij bij velen in den Briel had , tengevolge van de achting , die men zijn vader had toege-dragen ( toegedragen ) , en de genegenheid , welke men er voor hem als vroegere stadgenoot koesterde , door middel van zijn zegelring h \"-> r > had , vertrouwen bij de burgerij op te wekken , die wellicht de poorten der stad voorheiPZOM openen .
De admiraal juichte dit voorstel toe . De i stad plunderen en buit bemachtigen , dit zou I men kannen en moeten doen , meende hij .
Vele kapiteins dachten evenals de admi-raal ( admiraal ) ; maar Treslong gal'te kennen , dat het beter zou zijn , de stad te behouden voorden prins van Oranje , die te versterken , en alle roof'en plundering te weren . Men deed dan iets edels voor de goede zaak , de verlossing van AI va's tirannie , en , wie kon nog twijfelen of vele steden zouden insgelijks het Spaan-schejuk ( Spaan-schejuk ) afwerpen . en bezetting van Water-geuzen ( Watergeuzen ) innemen .
De meeste kapiteins , vooral Jacob Simonsz . de Rijk , ondersteunden dit voor-stel ( voorstel ) , dat eindelijk aangenomen werd , waarop men besloot den anderen dag , zijnde de 30ste Maart , zee te kiezen . Hiermede liep deze vergadering af en keerden de bevelheb-bers ( bevelhebbers ) naai ' lnmne schepen terug , om alles tot den tocht in gereedheid te brengen .
Op de vloot was hel dien avond eene drukke beweging onder de schepelingen . « Wij gaan onder zeil ! Wij richten den koers naar ' t vaderland !» deze gedachten vonden een aangenamen weerklank in veler hart .
IJ ij , die onzichtbaar getuige had kunnen zijn , van ' t geen op de verschillende bodems voorviel , zou daardoor veel opgehelderd vinden van daden vroeger en later dom-de Wa tergeuzen bedreven .
Daar zitten eenigen bijeen rond het ver-keerbord ( ver-keerbord ) of werpen met dobbelsteenen , waarbij soms kostbare voorwerpen . vroeger als buit verkregen , op ' t spel worden gezet , ook wel allerlei soort van munten . Heb-zucht ( Hebzucht ) , lage eigenbaat ., twistgierigbeid , list en veinzerij waren op de aangezichten ge-teekend ( ge-teekend ) van hen , die kennelijk Vreemdelin-gen ( Vreemdelingen ) waren , en slechts op hoop van buit of roof bij de Watergeuzen dienden . Voor hen waren voornamelijk de uiterst strenge straf-bepalingen ( strafbepalingen ) noodzakelijk , door den prins van Oranje gegeven , en onverbiddelijk toe-gepasl ( toe-gepasl )
Elderszijn eenigereeds bejaarde personen bezig hunne wapens te poetsen en schoon te maken , terwijl zij eenige geuzen-liedekens neuriën , of het Wilhelmus van Nassouwen uitgalmen .
Verdei - wéér zien we een kring geschaard , kennelijk oorspronke I ij k vreedzame burgers , door nood en als balling op de vloot een toe-vluchtsoord ( toevluchtsoord ) gevonden hebbende . Deze kring luistert naar de verhalen van een deerlijk verminkl krijgsman , die neus en oorenmist . Woede , haat en wraakzucht teekenen zich op aller gelaal , als de verhaler hun schetst , hoe hij door die vermaledijde Spanjolen werd mishandeld , hoe zijne naaste betrekkin-gen ( betrekkingen ) zijn omgekomen , wreedelijk gemar-teld ( gemarteld ) , enkel omdat zij ter preeke waren ge-gaan ( gegaan ) .
Anderen zitten en peinzen over het ge-liefde ( geliefde ) vaderland , dat zij nu spoedig hopen weer te zien , wanneer zij ook tot hun vroeger meer vreedzaam burgerlijk bedrijf zullen terugkeeren .
Nog zijn er , die vromelijk een vrij oogen-blik ( oogen-blik ) gebruiken om Gods woord te lezen : want eenvoudige godsdienstzin werd ook bij velen gevonden . Jammer , dat die liefde voor God en godsdienst , door ' t geen men om den geloove geleden had , met zooveel haat en wraakzucht vergezeld ging , dat terwijl men eerbiedig bad en dankte , soms de duivel der wraak het welbekende Geuzen Onze Vader op de lippen bracht . Om den geest
van dien tijd recht te doen kennen , laten wij het hier volgen :
Helsche duivel , die tot Brussel zijt !
Uw naam en faam zijn vennaledijt ,
Uw naam verga zonder respijt ,
Want ' t heeft geduurd te langen tijd ;
Uwe wil zal niet gewerden ,
Nog in hemel noeli op erden !
Gij beneemt ons heden ons dagelijksch brood ,
Vrouwen en kinderen Lebben ' t groot nood !
Gij vergeeft niemand zijn schuld !
Want gij met haat eu nijd zijt vervuld ;
üij laat niemand ongetemteert . —
O Hemelsche Vader , die daar boven zijt ,
Maak ons dezen helschen duivel kwijt ,
Met zijn bloedigen valschen raad ,
Daar hij meê handelt alle kwaad ,
En zijn Spaansch krijgsvolk alle gaar ,
Dat leeft of het des duivels waar ! Amen .
Bij het verlaten van het admiraalschip had Willem Lievensz nog even zich aan het vaar-tuig ( vaartuig ) van Treslong laten brengen , om , na plicht en roeping als scheepsbevelhebber volbracht te hebben , met luitenantRoobol te kouten over de lieve meiskens , die zij nu spoedig zouden wederzien , en , wanneer de zaken naar wensch uitvielen , spoedig als geliefde echtgenooten aan hun hart zouden drukken .
Na een rustigen nacht was bij hetaanbre-ken ( hetaanbre-ken ) van den morgen alles vol beweging op de vloot . Het admiraalschip gat'liet sein tot het verlaten der haven . De ankers werden gelicht , de zeilen geheschen , de trommen geroerd , de trompetten lieten schel en luide het Wilhelmus hooren ; de vloot der Water-geuzen ( Watergeuzen ) was op reis naar de vaderlandsche kust en de morgenzon der vrijheid deed reeds het daglicht aan de kimmen verrijzen . Den 30 Maart , Palmzondag , ontmoetten de Watergeuzen een aantal rijkgeladen koopvaarders uit Spanje , van welke zij er één prijs maakten , terwijl hun daarop nog een tweede schip in handen viel ; aan de hop-lieden ( hop-lieden ) Marinus Brand en Adam van Haren werden daarop het bevel over beide bodems , die onmiddellijk in Geuzenschepen herscha-pen ( herschapen ) werden , toevertrouwd . Kerst noord-waarts ( noordwaarts ) koers houdende , waren zij reeds op de hoogte vanEgmond gekomen , toen tegen-wind ( tegenwind ) hen noopte van koers te veranderen , en weder zuidwaarts te stevenen , waarop zij de Maas inzeilden , met het doel alvorens iets gewichtigers te ' ondernemen , eenige daarin liggende koopvaarders te bemach-I ( bemach-I ) tigen ; deze wisten het gevaar echter te ont-komen ( ontkomen ) , en de wijk naar Rotterdam te nemen . Eindelijk kwam de vloot voor den Briel en liet aldaar in den avond van den 31 Maart het anker vallen .
( Wordt vervolgd .)
MISS FIJTGH ,
GE AEME BLiHDH .
Een verhaal uit het dagelijksch leven ,
DOOR
WILKIE COLLINS .
EERSTE GEDEELTE . BRIE EN DERTIGSTE HOOEDSTUK .
DE DAG TUSSCHF.NBEIDEX .
( Pervolg . ,)
Omstreeks half acht ' s avonds ging ik alleen uit , zooals ik mij had voorgenomen , om Oscar bij zijn terug-komst ( terugkomst ) uit Londen te spreken .
Reeds een heei eind ver zag ik hem naar mij toe komen . Hij liep haastiger dan gewoonlijk en zon ? onder ' t gaan . Ondanks de akelige doodskleur , zag het gelaat van den armen jongen er stralend van geluk uit toen hij naderbij kwam . Hij zwaaide opgetogen met zijn wan-delstok ( wandelstok ) in de lucht . « Goed nieuws !» riep hij zoo hard hij kon . " Mijnheer Sebright , heeft me gelukkig gemaakt !» Nooit had ik hem zoo sprekend op Nugent zien gelijken in zijne manieren , als ik hem nu zag toen wij elkander ontmoetten en hij mij de hand reikte . * Vertel er mij alles van ,* zeide ik . Hij bood mij zijn arm aan , en wij wandelden al pra-tende ( pratende ) langzaam den weg op naar Dimchurch .
» In de eerste plaats ,// begon hij , // blijft mijnheer
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer