Archieven

 

Uw zoekacties: De Olijftak, 1872; p. 193
De Olijftak
beacon
1  records
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
De Olijftak, 1872; p. 193
Naam tijdschrift:
De Olijftak
Pagina:
193
Datum:
1872
Jaargang:
1872
Is onderdeel van:
ÖKÏLK.BSYRKKRB
AhhK S
Alle stukken en brieven , de Redactie betreffende franco aan de Uitgevers : Gebr . Belinfante , te ' s Gravenhage .
Abonnementsprijs per kwartaal : een gulden .
Verschijnt eiken Zondag .
TWEEDE JAARGANG . - M . - 16 JILNH872 .
Bureel : Tweede Wagenstraat , 100 .
Franco per post in alle deelen des Rijks , bij toezending vooraf van een postwissel a ƒ 1 .— of 20 postzegels a vijf cents .
Advertentiën : Prijs per regel 15 ets . — Abonnement 250 reg . 12 % et .; — 500 reg . 10 et .; — 1000 reg . 7%et .
Kr . Inteekenaren op „ DE OLIJFTAK " kunnen van heden af door tusschen-komst ( tusschen-komst ) van hunnen gewonen Boek-handelaar ( Boekhandelaar ) of bij directe aanvrage aan de Uitgevers tegen den prijs van
50 CENTS
ontbieden , een naar de nieuwste vinding op het gebied der photographie ( de zoo-genaamde ( zoogenaamde ) Albert y pi e ) vervaardigde
LICHTDRUK-AFBEELDING
VAN het schilderij van
S . VERVEER ,
NAAR HET
STAAND TE SCHEVERE
Aangekocht door liet Museum van Moderne Kunst ( e ' sGrayenhage .
Deze LICHTDRUK-AFBEELDING naar de hoogst gelukkige compositie van een onzer voorname Nederlandsche meesters , is tegen den prijs van f 1.25 ook voor niet-geabonneerden op „ DE OLIJFTAK " verkrijgbaar gesteld .
Indien deze nieuwe proeve van de Uit-gevers ( Uitgevers ) van „ DE OLIJFTAK ", om het kunst-minnend ( kunstminnend ) publiek in Nederland tegen geringen prijs in het bezit te stellen van kopieën der voornaamste voortbrengselen onzer schilderschool , met voldoenden uit-slag ( uitslag ) wordt bekroond , zal op dezen weg door hen in het vervolg met kracht worden voortgegaan .
GEBR . BELINFANTE .
Uitgevers van » DE OLIJFTAK »
* U)'0 »,
e , 6 Juni 1872 .
TROUW VERWINT .
Eene historische novelle
DOOR
W . BLUMENHAGEN .
VI .
In het midden van het Spaansche kamp stond eene reusachtige en rijk gestoffeerde tent , die veeleer op een der betooverde paleizen uit de « Duizend en een Nacht » geleek , dan op de woning van een krijgsman .
Voor den hoofdingang had men een tro-pee ( tro-pee ) opgericht van wapenen en vlaggen die op den vijand veroverd waren , en waarboven eene banier uitstak met de wapens van het Huis van Oostenrijk en de Spaansche Kroon . Deze tent was het verblijf van den graaf Bucquoy de Longueval . Zij werd bewaakt door twee soldaten , in scharlaken uniform , die hunne hellebaarden gekruist hadden , ten teeken dat de generaal niemand wilde ontvangen .
De eerwaarde pater Bonifacius trad naar de tent toe met veel haastiger stap dan de waardigheid van zijn ambt gedoogde . Niet-tegenstaande ( Niettegenstaande ) de ochtendkoelte parelden er dikke zweetdroppels op zijn hoog , kaal voor-hoofd ( voorhoofd ) . Op zijn gelaat , dat gewoonlijk niets dan kalmte uitdrukte , vertoonden zich spo-ren ( sporen ) van den zieleangst die hem kwelde .
De geestelijke had zich langer dan naar gewoonte in de houten loodsen opgehouden , die men langs de bouwvallen van het oude kasteel had opgetrokken , en die tot hospitaal voor de gekwetsten dienden . Hij had veler geweten moeten ondervragen , aan veler ge-moed ( gemoed ) troost bieden , want de uitval van den vorigen nacht was voor de Spaansche macht
zeer moorddadig geweest . Bij het verlaten van de bouwvallen had hij , op weg naar den generaal , verschillende onrustbarende ver-schijnselen ( verschijnselen ) opgemerkt , die hem in den toe-stand ( toestand ) brachten , waarin wij hem zooeven zagen . Ten eerste had hij een e compagnie Andalusische scherpschutters ontmoet , op den voet gevolgd door een eskadron Casti-liaansche ( Casti-liaansche ) kurassiers , die allen in de richting der torens oprukten . Voor de tenten had hij groepjes soldaten gezien , pratend en lachend alsof zij zich op een feest voorbereidden . En eindelijk , toen hij eene vlakte in het gezicht der stad bereikte , bespeurde hij een ontzet-tend ( ontzettend ) groot schavot,waaraan de timmerlieden nog arbeidden en waarboven reeds twee roode vlaggen wapperden , die , door den ochtendwind bewogen , de stad Ostende schenen te bedreigen .
Bij dien aanblik werd het hart van den geestelijke toegenepen ; voor het eerst in zijn leven betreurde hij den tijd dien hij bij de gekwetsten had doorgebracht , en in al-lerijl ( allerijl ) begaf hij zich nu naar de tent van den veldheer . De schildwachten zagen verwon-derd ( verwonderd ) hoe hij over hunne hellebaarden henen-sprong ( henen-sprong ) en met vaste hand het voorhangsel oplichtte dat tot het binnenste van de tent toegang verleende . Zij waren echter te vroom dan dat zij zich tegen eene handeling van een dienaar Gods zouden hebben durven verzetten , en daar zij buitendien wisten dat de pater bij den generaal hoog stond aange-schreven ( aangeschreven ) , lieten zij hem begaan .
De graaf Bucquoy de Longueval lag op zijn veldbed uitgestrekt . Het was een man van een hooge gestalte , met een gelaat waarop veel wilskracht , maar tevens zekere goedheid te lezen stond . De generaal droeg zijn arm in een verband ; hij had zelf aan den uitval deelgenomen en de kogel van een Vlaamsch vuurroer had zijn schouder ge-kneusd ( gekneusd ) . Toen hij het voorhangsel hoorde op-lichten ( oplichten ) richtte hij zich met een vloek op , maar toen hij den eerwaarden vader zag die al buigende nadertrad , zonk hij op zijn loser
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer