Archieven

 

Uw zoekacties: De Olijftak, 1872; p. 95
De Olijftak
beacon
1  records
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
De Olijftak, 1872; p. 95
Naam tijdschrift:
De Olijftak
Pagina:
95
Datum:
1872
Jaargang:
1872
Is onderdeel van:
DE OLIJFTAK .
7
NOE - W I O Pï -
( Met eene afbeelding .)
:*=•-
Norwich , eene stad in het Engelsche graafschap Nor-folk ( Norfolk ) , op den top en langs de helling van een heuvel , aan de Wensum gelegen , is van oudsher vermaard om zijne rijke boomgaarden , zoodat Thomas Fuller reeds schreef : » Men zou niet weten te zeggen of Norwich eene stad in een boomgaard , dan wel een boomgaard in eene stad is , zoo zijn de huizen en boomen aldaar door-een ( dooreen ) , n Van welke zijde men de stad ook binnenkome , ' t is alles tuin , en de woningen zijn als met rozenstruiken en dalia's , jasmijn en klimop begroeid ; ja tot in ' t hart der stad prijken bloemen u tegen en spreiden in het gunstig jaargetijde de liefelijkste geuren . Geen wonder dat in een oord , waar zulk een ware hartstocht voor gebloemte heerscht , bijzondere aandacht aan de hove-nierskunst ( hovenierskunst ) gewijd wordt ; en reeds op het einde der zes-tiende ( zestiende ) eeuw leest men van tal van kruidkundigen , meestal van de klasse der werklieden , die zich meer dan prak-tisch ( praktisch ) op de botanie toelegden . Gelijktijdig met deze plaatselijke hoveniers en hunne opvolgers stond biereen groep op van degelijke geleerden in dit schoone vak , zooals Smith , Hooker , prof . Lindley , en anderen , wier namen wereldberoemd werden .
Van een afstand gezien , zijn de voornaamste gebouwen die het oog treffen , het kasteel , de hoofdkerk , en de torens van vele kerken . Het kasteel is van Normandi-schen ( Normandi-schen ) oorsprong , doch thans gemoderniseerd ; het is op de hoogte , nabij ' t midden der stad , gebouwd , welke zij geheel beheerscht . Eenmaal de sterkte en ' t verblijf van Koningen , werd het na de regeering van Hendrik III in eene gevangenis veranderd . Inwendie draagt het echter nog vele sporen van zijn voormalige , grootsche bestem-ming ( bestemming ) .
De hoofdkerk dagteekent reeds van 1096 , toen zij door Herbert , den eersten bisschop van Norwich , word gesticht ; en over't algemeen zijn de kerken hier van al - j ouden tijd . De grootste is die van St . Peter's Mancroft , : een fraai gebouw , met een toren in edelen stijl , om-streeks ( omstreeks ) 100 voet hoog , en met een twaalftal klokken , |{ die onder het beste werk van dien aard in ' t geheele rijk ' mogen gerekend worden .
De aanleg van de stad wordt tot het vertrek der Romeinen uit Engeland gebracht , en dus tot het jaar 418 . Castor , drie mijlen van Norwich gelegen , was een j Ronieinsche post . Toen de krijgsbenden van daar afge-trokken ( afgetrokken ) waren , vestigden de inlanders met de achter-blijvende ( achterblijvende ) Romeinen , door de schoone ligging van de | plaals aangelokt , Norwich . Van daar een kreupel oud Engelsch rijmpje , hierop neerkomende :
» Castor was een stad toen Norwich er nog was geen . « En Norwich werd gebouwd van Castor's steen .
Norwich ( in het Saxisch North-wic of Noordwijk ) werd tot de hoofdstad van het Saxisch Koninkrijk Oost-Anglia ( Oost-Anglia ) gekozen , ' t Kasteel werd in 575 gebouwd en Alfred de Groote moet het , in 870 , zeer hebben ver-sterkt ( versterkt ) , ' t Was menigwerf de twistappel tusschen de Saxers en de Deenen . Deze laatste tastten in 1004 de stad met eene scheepsmacht aan , en legden haar in de asch . In ' t midden der 10de eeuw was de stad bloeiend en wel-varend ( welvarend ) geworden ; het duurde eenigen tijd eer zij van de rampen , ten gevolge van den inval der Deenen , weder opkwam . De vermaarde Canut herstichtte , in 1021 , ' t Kasteel . De stad had weder veel door den inval der Normandiërs te lijden j doch na de bevestiging van hun gezag kwam zij op nieuw tot bloei en groot aanzien , door de nijverheid en den handel harer ingezetenen . Hendrik I begiftigde haar , in 1122 , met een charter , gelijk aan dat van Londen , en bijkans alle souvereinen van Engeland , tot op Elisabeth's tijd , lieten niet na de fraai gelegen stad te bezoeken . Philippa van Henegouwen , de gemalin van Eduard III , hield veel van Norwich , en beschermde er eene kolonie van Vlaamsche handwerks -
lieden die , op ' s Konings verzoek , zich in 1335 aldaar hadden nedergezet . Koningin Elisabeth bezocht de stad in 1578 , en was zoo aangedaan bij haar vertrek , dat zij zich niet onthouden kon , bij den laatsten blik op de stad , uit te roepen : " Vaarwel , vaarwel , ó Norwich .//
Kort daarna , gelijk reeds een paar malen vroeger , werd de bevolking der stad zwaar geteisterd door de // zwarte plaag //, zooals men deze aieduchte ziekte noemde . Het verlies van duizende menschen werd echter eenigszins vergoed door de vreemdelingen , die zich in Norwich kwamen nederzetten , en die hier onder anderen den grond legden van de wol-fabrieken , waardoor de stad en omstreken zoo beroemd geworden zijn . Tengevolge van de Hervorming , kwamen vele vluchtelingen er hun heil zoeken , en de staatkunde van Elisabeth bevorderde die overkomst . Dit verdroot zelfs den gezeten handwerks-lieden ( handwerkslieden ) in de stad , die iu 1570 eene samenspanning smeedden om de vreemdelingen te verjagen . Onder deze bevonden zich vocral ook Hollanders . De Koningin zette er zichzelve toe aan , den inwoners van Norwich het ver-keerde ( verkeerde ) van hun gedrag onder het oog te brengen . In een brief , uit haar paleis te Greenwich geschreven , bestraft zij de burgers over hunnen naijver tegen hen die aanleiding tot hunne welvaart hadden gegeven , en betuigt zij dat zij hare gunst zal blijven verleenen « aan die arme lieden van het Hollandsche volk , die , tengevolge van de godsdienstvervolgingen , uit hun eigen land waren gewe-ken ( geweken ) naar dit Rijk , om hulp te erlangen , en die zich nu te Norwich bevonden .» Deze vertoogen van Elisabeth schijnen e«ne goede uitkomst te hebben gehad , want eenigen tijd daarna schreven de Magistraten van Norwich aan den Geheimen Raad nopens bedoelde vreemdelingen in dezer voege : » Zij leven geheel uit eigen middelen , vragen niemand iets en ondersteunen hun eigen armen . Zij gehoorzamen alle overheden en alle goede wetten . Zij leven rustig in hun eigen kring , en in vrede met alle menschen ; en wij gelooven , dat onze stad zich verheugen moest , dat zij in haar midden zijn .//
( Eene onverwachte kleine bijdrage tot de karaktertee-kening ( karaktertee-kening ) van den Nederlander in dien tijd , dour de aanslaanuu lecstvieriug vau i Apr.i uieer oyzonder weder in ' t geheugen geroepen .)
Norwich had zich tijdens Cromwell voor het Parlement verklaard , doch juichte ' t herstel der monarchie toch zeer toe , en Karel II werd aldaar in 1671 op eene grootsche wijze onthaald ; maar het koos later de zijde van Koning Willem en de Omwenteling .
Norwich rekent als ' t ware tot zijne burgers Horace Walpole , die de stad in ' t Parlement vertegenwoordigde ; en Nelson , die hier ter schole ging , en uit dankbaarheid aan Norwich den degen van den Spaanschen admiraal zond , dien hij in den zeeslag van kaap St . Vincent , in 1797 , verwon .
Het marktplein der stad heeft een schilderachtig aanzien , en is zoo ruim , dat het als een der grootste in ' t Rijk wordt aangemerkt . De hoofdkerk,'t bisschoppe-lijk ( bisschoppelijk ) paleis , ' t raadhuis en ' t museum bevatten vele voor-werpen ( voorwerpen ) van kunst en geschiedkundige waarde , die den oudheidkundige belang kunnen inboezemen . De toren van de hoofdkerk is de hoogste uit het Normandisch tijdvak , die nog in Engeland bestaat , en doet zich kennen door zijn rijkdom van versieringen , zoowel als door de hechtheid van zijnen bouw . Er zijn nog twee kerken voor hier woonachtige afstammelingen van Vlamingen . Een zestal , deels aloude bruggen , voeren hier over de rivier de Wensum .
GescMefliKüie herinneringen betrekkelijk ien BrieL
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer