Archieven

 

Uw zoekacties: De Olijftak, 1872; p. 88
De Olijftak
beacon
1  records
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
De Olijftak, 1872; p. 88
Naam tijdschrift:
De Olijftak
Pagina:
88
Datum:
1872
Jaargang:
1872
Is onderdeel van:
DE O L IJ F T A K .
GescHelkilïe taiieriiipii betrekkelijk
den BrieL
-<©«-£>-
Brielle , vroeger de elfde stad in den rang der stemmende steden van ' t Zuiderkwartier van Holland , in het Land van Voorne , is niet verre van den mond der Maas gelegen . Deze stad heeft haren naam ontleend van den breeden riviermond , oudtijds de « Helius // of * Heel » geheeten , welke naam later in dien van Bréehil , of Briheel , werd vervormd , waaruit bij samentrekking Brielle is ont-staan ( ontstaan ) . Veel is er door oudheidkundigen getwist ( zie o . a . van Leeuwen en Boxhorn ) of de stad aanvankelijk tot Zeeland , dan wel tot Holland , moest worden gerekend . Hare ligging aan den riviermond heeft haar al vroeg , en zoo als bepaal-delijk ( bepaaldelijk ) vermeld is , in 1372 , reeds tot een niet onaanzien-lijke ( onaanzienlijke ) stad verheven ; toen telde men er 940 huizen en bijna 5000 inwoners ( thans iets minder , ongeveer é500 .) Hare poorten en vestingwerken maakten haar in vroeger tijden zeer sterk ; men wil ook dat er oudtijds een kas-teel ( kasteel ) geweest is , waaromtrent de gevoelens der geleerden echter uiteenloopen . De haven loopt van de Maas , tus-schen ( tus-schen ) twee hoofden , na en voorbij de rechterzijde van de Waterpoort , in de stad . Zij heeft eene tamelijke lengte , en verdeelt zich , even voorbij gemelde poort , in twee takken , waarvan de rechter door een gedeelte der stad uitloopt in een ruim dok . De haven is met zeer goede sluizen , schutdeuren en een duiker voorzien ; men wil dat zij vóór even drie eeuwen , in 1574 , is aangelegd . Den Briel had vroeger een ruim aandeel in de haring-visscherij ( haring-visscherij ) , welke aldaar echter grootelijks verliep . Later is er veel handel in granen , meekrap e » in deze eeuw ook in aardappelen gedreven : nadat deze meer en meer een algemeen voedingsmiddel waren geworden , kwamen de Brielsche in grooten naam . Scheepvaart en visscherij waren als van zelve , van onheugelijke tijden , hier thuis . Reeds in 1280 werd aan Brielle het re
' t Is een gelukkig denkbeeld in deze plaats , waar het van zeelieden en loodsen wemelt , een » Zeemans-asyl » op te richten ; dat denkbeeld is Neêrlands Koning ten lof . Dit gebouw zal , naar ' t plan schijnt , worden opgericht op het Maarlandsche plein , een ronde vlakte , met boomen beplant , waarop vroeger de Maerlandtsche kerk stond , in 1440 door Prank van Borselen gesticht en in 1807 afgebroken . Later stond er eene calicot-fabriek , die zestig meters lang was , waaruit men kan opmaken dat die vlakte tamelijk groot is . Bedoelde fabriek werd , ten gevolge van den stilstand , door den N . Amerikaanschen oorlog veroorzaakt , ook afgebroken . Eene behoorlijke ruimte voor het Zeemans-asyl is dus voorhanden .
Onder de gebouwen , die in den Briel de aandacht trekken , behooren het stadhuis , dat in het laatst der vorige eeuw werd opgetrokken , het vroegere Gemeene-landhuis ( Gemeene-landhuis ) , en de groote kerk , weleer aan St . Catharina gewijd , sedert het einde der 16e eeuw aan de Hervormden overgegaan . De toren werd aanvankelijk in 1417 gebouwd ; zij stortte in 1456 in , en werd zes jaren later hersticht . De kerk heeft een welluidend orgel en prijkt ook met de marmeren graftombe van Philips van Almonde , in 1711 aldaar opgericht . Die admiraal was te Brielle geboren .
Nog andere zeehelden aanschouwden aldaar het eerste levenslicht , waaronder Marten Harpertsz Tromp en Witte Cornelisse de Witt . Men heeft nog laatstelijk de weinig bekende bijzonderheid vermeld , dat de woning , waarin Tromp hier in 1579 geboren werd , nog bestaat , ' t Huis draagt nog de sporen van het verblijf van dien beroem-den ( beroemden ) man ; o . a . vindt men zijne wapens in ' t plafond geschilderd . Zoo was den Briel de geboorteplaats van den grooten voorganger , den waren meester van de Ruyter , en van een der grootste kweekelingen van dezen , Almonde .
Onder andere mannen van naam , die binnen Brielle het
eerste levenslicht zagen , behoorden de godgeleerde Engel Willemszoon de Meerle , meer bekend onder den naam van Angelus Meruia ; de rechtsgeleerde Cornelis Nieustad ( ISeostadius ); de natuur - en wiskundige van der Eyk , de geschiedschrijver Willem Swinnas , mannen , waarop eene stad , een land wel fier mogen zijn .
Tijdens de regeering van hertog Albrecht van Beieren werden de stad Briel , benevens de landen van Voorne , in ' t jaar 1397 , belast met het leveren van honderd gewa-pende ( gewapende ) mannen , vier smeden , vier timmerlieden en vier metselaars , ten dienste van ' t leger tegen de Oost-Friezen .
Ruimschoots deelde deze stad op het laatst der vijf-tiende ( vijftiende ) eeuw in de geschillen der Hoekschen en Kabel-jauwschen ( Kabel-jauwschen ) . In ' t jaar 1566 drong de Hervorming hier door , en werd zij door de stads-regenten aangenomen , waarom zij later van hunne ambten ontzet en een 24tal burgers gebannen werden . Niet lang duurde het of zij konden naar hunne vaderstad terugkeeren , tengevolge der inneming van den Briel door de Watergeuzen , het merk-waardige ( merkwaardige ) feit waardoor de stad in ' s lands geschiedenis is vermaard geworden . De voorname bijzonderheden deswege werden reeds vroeger in dit tijdschrift in een historisch-romantisch verhaal van den heer J . G . Vriese samengevlochten .
In 1585 werd den Briel aan de kroon van Engeland in pand gegeven , en zij kreeg eene Engelsche bezetting die er tot 1616 bleef ; de bevrijding van deze stad , vooral door Oldenbarnevelt bewerkt , kostte den lande eene som van drie millioen gulden , een offer dat men gaarne bracht om de plek , van waar het eerst de onafhankelijkheid des lands was uitgegaan , het genot van die vrijheid weer te doen deelen . Van Haren herdenkt het feit , in deze regelen :
cDaar werkt de tong uit Eng'lacds handen Ons ' eerste noods - en armoê's panden .»
De godsdienstige twisten , welke Nederland in ' t begin der 17 e eeuw beroerden , vonden een tijd lang ook in deze stad ruim spel totdat er op ' t laatst van 1618 hier een einde aan kwam . In ' t jaar 1651 had men weder oneenig-heid ( oneenig-heid ) over de magistraatsbestelling , die echter door ge-machtigden ( gemachtigden ) der Staten van Holland spoedig werden bijgelegd . Een tiental jaren later had men tussehen deze stad en Rotterdam hooggaande geschillen over het aan-stellen ( aanstellen ) van nieuwe loodsen . De gebeurtenissen bij dien zoogenaamden '/ Brielschen oorlog » teekenden eigenaardig den tijd . Die van Rotterdam deden de Brielsche markt-sehepen ( markt-sehepen ) aan ketenen leggen , en de Rotterdamsche lood-sen ( loodsen ) werden in den Briel aangehouden . Eerst lang daarna werden die oneenigheden door eene bepaalde overeenkomst vereffend .
Groot gevaar liep deze stad in ' 1 jaar 1672 , zoowel van de Engelsche als Eransche vloten , ' t Was de Ruyter die door zijn heldenmoed , niet minder dan door zijn beleid en ongemeene waakzaamheid , de Zeeuwsche en Holland-sche ( Holland-sche ) stranden beveiligde . Ook in ' t volgende jaar nog liep de stad van de zeezijde groot gevaar , doch de zuidewinden beletten gelukkig eene landing . Bij het uit-breken ( uitbreken ) van den Spaanschen Successie-oorlog was men er op bedacht de vestingwerken op dit belangrijk punt krachtig Ie versterken ; van 1702 tot 1709 werden deze aangelegd en onder anderen drie der vier poorten vol-tooid-De ( tooidDe ) stad werd echter niet , evenmin als in den oorlog van 1748 , aangetast .
Bij de wedergeboorte van Nederland , in 1813 , was den Briel de eerste vesting , die uit eigen beweging , door inwendige kracht en den moed harer burgers , het vreemde juk afschudde .
Wel waardig is het ook deze gebeurtenis te herinneren , zooals die in de geschriften van dien tijd is vermeld .
Reeds in de laatste dagen van November 1813 waren , op de geruchten der wending van zaken in de groote steden van Holland , vele Nederlanders en Duitsehers van het garnizoen uit de stad ontvloden , om zich te > s Hage in de gelederen van de vaderlandschc krijgs-macht ( krijgsmacht ) te doen opnemen , die aldaar werden geformeerd . Den lston December kwamen de overgebleven Duitsehers op de been en trokkeu met Oranje versierd en onder
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer