Archieven

 

Uw zoekacties: De Olijftak, 1871; p. 414

De Olijftak

beacon
1  records
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
De Olijftak, 1871; p. 414
Naam tijdschrift:
De Olijftak
Pagina:
414
Datum:
1871
Jaargang:
1871
Is onderdeel van:
6 .
DE OLIJFTAK .
Toen ik ' t eenmaal zoover had gebracht , was de zaak weldra bijgelegd . Ik geloof waarlijk dat hij half waan-zinnig ( waanzinnig ) was door de moeielijkheden waarin hij zich uit eigen schuld gewikkeld had , toen hij aan de deur van Lucilla's kamer had gedreigd mij te logenstraffen .
' t Is noodeloos stil te staan bij hetgeen er tussehen ons voorviel . Ik zal hier alleen zeggen dat ik later ernstige redenen had — zooals gij weldra zien zult — te betreuren dat ik niet Oscar's verzoek had ingewilligd om mij schriftelijk met hem te verzoenen , in plaats van persoonlijk naar hem toe te gaan . Indien ik alleen met pen en inkt had neergeschreven wat ik nu ter veront-schuldiging ( verontschuldiging ) tot hem zeide , zou ik mij-zelve en anderen veel leed hebben bespaard . Zooals ' t nu was , bestond het eenige bewijs dat ik mij in zijne oogen had vrijge-pleit ( vrijgepleit ) daarin , dat hij mij , toen ik hem verliet , aan de deur vriendelijk de hand schudde .
// Hebt gij Nugent ook gezien ?// vroeg hij toen hij mij over het plein voor het huis vergezelde .
Ik was langs een korteren weg door den tuin naar Brumheuvel gegaan , in plaats van door het dorp heen . Nadat ik hem dit had gezegd , vroeg hij of Nugent naar de pastorij was teruggekeerd .
// Hij is er heengegaan om u te spreken,//zeide Oscar . // Waarom ?//
// Alleen uit vriendschap . Hij is geheel van uw meening . Hij lachte toen hij hoorde dat ik u een brief gezonden had en hij liep heen ( de goede jongen !) om u mijnent-wege ( mijnentwege ) te spreken . Gij zoudt hem hebben ontmoet , als gij door ' t dorp hier heen waart gekomen .»
Toen ik op de pastorij was teruggekeerd , ondervroeg ik Zillah . Nugent was in mijne afwezigheid naar boven in de zitkamer gegaan , daar was hij eenige minuten alleen gebleven om mijn terugkomst afte wachten ; daar ik echter te lang op mij liet wachten , had bem dit verveeld en was hij heengegaan . Ik vroeg daarop naar Lucilla . Kort nadat Nugent was heengegaan , was zij uit haar kamer gekomen en had eveneens naar mij gevraagd . Toen zij vernam dat ik niet in huis was te vinden , had zij Zillah een brief gegeven om naar de post te brengen — en was daarop naar haar slaapkamer terug-gekeerd ( teruggekeerd ) .
Ik stond toevallig bij den haard naar ' t wegstervende vuur te kijken , terwijl de min met mij sprak . Geen spoor van Oscar's brief aan mij ( zooals ik mij nu wel herinner ) was te zien . In mijn toestand kwam ik tot het besluit dat ik werkelijk gedaan had wat ik dacht te doen — namelijk den brief in de vlammen te werpen . Toen ik kort daarop Lucilla's kamer binnentrad om mijn verontschuldigingen in te brengen , dat ik vergeten had te wachten om haar brief naar de post 1e brengen , vond ik haar , uitgeput door de gebeurtenissen van den dag , gereed om naar bed te gaan .
»' t Verwondert mij niet dat ' t u verveelde op mij te wachten ,» zeide zij . // Schrijven is een zeer langdradig werk voor mij . Maar dit was een brief , dien ik mij ver-plicht ( verplicht ) achtte zelve te schrijven als ik kon . Kunt gij raden aan wien ik geschreven heb ? ' t Is nu gedaan , lieve . Ik heb aan Herr Grosse geschreven !// // Nu reeds ?//
// Waarop zou ik wachten ? Er valt immers niets meer te beslissen . Ik heb Herr Grosse geschreven dat onze familieraad is afgeloopen en dat ik tegen den tijd dien hij zal noodig oordeelen geheel ter zijner beschikking ben . Ik heb hem tevens gewaarschuwd dat hij door de operatie te willen uitstellen , mij slechts zal noodzaken hem in Londen te komen opzoeken . Ik heb dat gedeelte van mijn brief krachtig uitgedrukt — dat verzeker ik u ! Morgen zal hij hem ontvangen met de namiddagpost . En als hij een man van woord is , dan komt hij den volgenden dag hier .//
// O , Lucilla ! toch niet om uw oogen te opereeren ?» // Ja — om mijn oogen te opereeren .»
{ Wordt vervolgd .)
DE BRIEF .
( Met eene afbeelding ).
Lezen en schrijven zijn kunsten , wier waarde zeker algemeen worden erkend , maar inzonderheid door die-genen ( diegenen ) hoog worden geschat , die ongelukkig niet in de gelegenheid waren daarmee bekend te worden . Keizer Karel V zei , dat hoe meer talen iemand kende , zoo veel te meermalen hij mensch was . Is het te veel gezegd , wanneer men beweert , dat die lezen noch schrijven kan , maar een half mensch is ? En hoe vele duizenden en duizenden verkeeren nog in ons zoo hoog om zijne beschaving ge-roemd ( geroemd ) Europa in dat geval ! Uit Frankrijk en Italië heeft men deswege onlangs geen zeer gunstige statistieken meegedeeld . Frankrijk liet zich jaren lang er op voor-staan ( voorstaan ) , dat het aan de spits der volken stond , en het voerde ' t algemeene stemrecht , in . Dat nam niet weg dat een aantal staatsburgers en burgeressen daar niet lezen en nog veel minder schrijven kon . En menige aller-liefste ( allerliefste ) hand heeft soms datgene wat men in de // schrijf-taal ( schrijftaal ) // een krabbelpoot van de ergste soort noemt , te meer afstekende als de hieroglyphen nog wel op allermooist geparfumeerd papier te voorschijn worden gebracht . Ook in Italië , hoe veel geleerdheid en hooge kunst daar gevonden worden , is ' t er nog verre af dat het algemeen met de gewone schrijfteekens zeer gemeenzaam is . — Slaan we de beide meisjes daar aan die bron eens gade . In vertrouwden gezegd , ' t alphabet is voor haar een boek met zeven zegelen , een boek iets onbegrijpelijks , een geschrift juist hetzelfde wat voor de oningewijden een papyrusrol is . De letters zijn haar wel niet geheel onbe-kend ( onbekend ) , maar zij zweven en dansen haar tot een ondoor-dringbareii ( ondoordringbareii ) sphynx voor de oogen . Tot haar geluk heeft men in Italië , gelijk in Spanje , bevoorrechte wezens , die . de lijdende menschhcid met schrijfpen en scherp oog te dienste staan , daar zij een brief of een aank
In Set MaastriGüter Pari .
Ci»S-ct <
Het was in het einde der lente dat ik mij daar bevond .
De dag was warm geweest en de avond was zoo lief-lijk ( lieflijk ) koel en aangenaam dat het Maastrichter publiek zich daar wandelende schadeloos scheen te willen stellen voor die lange reeks van treurige , koude , schrale of natte
dagen die wij hadden doorleefd . Ik zette mij op eene bank neder en bewonderde dan eens de schoone wel-riekende ( welriekende ) heesters of zag naar het goed gekleede publiek dat daar onder vroolijk gekout rondwandelde en ik dacht : hoe jammer dat de rijke Hollandsche familiën niet weten hoe lieflijk schoon het des zomers te Maastricht is en dat zij zich moede reizen en veel geld verteren , terwijl zooveel waar natuurschoon in hun eigen land te vin-den ( vinden ) is . Kenden zij de goedhartige , vroolijke Limburgers zoo goed als ik , zij zouden hierheen trekken om des zomers eenige weken van de beslommeringen des levens uitterusten .
Zoo zat ik op een kleinen heuvel te mijmeren , terwijl de Harmonie Royale in het stadspark de meest in de mode zijnde melodiën ten beste gat . Op mijn rustig plekje gezeten , haalde ik een deeltje // Spoorweg-lectuur » te voorschijn en wel dat , waarin de geschiedenis van den vermaarden doctor Matheus voorkomt : de schoone natuur rondom mij henen deed mij nog te meer de bevallige natuurschilderingen van Erckmann Chatrian bewonderen : onwillekeurig dacht ik : had hij dit lieve plekje gckend.waar ik mij nu bevind , dan zou zijne pen duizende bezoekers naar Maastricht en omstreken hebben gelokt , Terwijl ik door de liefelijke muziek en de schoone beschrijving van den Elzas meegesleept , al minder acht begon te slaan op hetgeen rondom mij voorviel , werd ik uit mijne zoete droomerijen gewekt door eene stem die mij om vuur vroeg . Min of meer gemelijk zag ik op , daar het mij onaangenaam was om voor zulk eene kleinigheid in mijne overpeinzingen te worden gestoord en ik had reeds een min beleefd antwoord op de lippen , toen mijn rustverstoorder zich bedaard naast mij nederzette en mij minzaam vroeg om zijne pijp bij mij aan te steken . Hij was een krachtig , ferm gebouwd man en zijn kiel duidde aan dat hij een werkman was . Zijn vol krullend grijs haar werd slechts luchtig door een klein mutsje bedekt dat hem eenigszins scheef op ' t hoofd zat ; zijn volle knevelbaard was nog gitzwart en zijn lichtgrijze oogen schitterden nog vol jeugdig vuur ; zijn neus was wel j ! gevormd en de beweeglijkheid zijne neusvleugels on ren licht spottend lachje om zijn mond gaven aan zijn gelaat eene buitengewoon levendige uitdrukking . Met welge-vallen ( welgevallen ) stak hij zijn houten pijpje aan mijne sigaar aan , en toen de kleine blauwe rookwolkjes al kronkelend en warrelend opwaarts stegen , zeide hij in goed Hollandsch , ofschoon met eenigszins vreemd accent , waaruit ik op-maakte ( opmaakte ) dat hij waarschijnlijk reeds in andere vreemde talen ges
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer