Archieven

 

Uw zoekacties: De Olijftak, 1871; p. 410

De Olijftak

beacon
1  records
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
De Olijftak, 1871; p. 410
Naam tijdschrift:
De Olijftak
Pagina:
410
Datum:
1871
Jaargang:
1871
Is onderdeel van:
DE O L IJ F T A K .
• van Miss Finch onherroepelijk verloren is . Elke poging om het door eene operatie te herstellen , zou mijns erach-tens ( erach-tens ) een onverantwoordelijke handeling zijn . Niet alleen dat de jonge dame die kunstbewerking zou hebben te ondergaan , zij zou daarna ten minste zes weken of twee maanden lang afgesloten moeten blijven in een donker vertrek . Gedurende dien tijd zou zij — ik behoef ' t u wel niet voor te houden — zou zij zich zeker op de meest stellige wijze voorspiegelen , dat zij haar gezicht terug erlangen zou . Mij dit voorhoudende , en vast ge-loovende ( ge-loovende ) dat de opoffering die haar gevraagd wordt , op een ijdele hoop uitloopen zou , acht ik het hoogst onge-wenscht ( onge-wenscht ) onze patiënte aan de zedelijke gevolgen bloot te geven van een teleurstelling die zij noodwendig onder-vinden ( ondervinden ) moet . Van hare kindsheid af is zij aan hare blindheid onderworpen geweest . Als een eerlijk man die zich verplicht rekent zijn gevoelen ronden bondig te zeg-gen ( zeggen ) , zoo adviseer ik u , niet verder die onderworpenheid aan haar lot te verstoren . Ik verklaar het , wat mij betreft , zeker overbodig , en wellicht gevaarlijk haar toe te staan zich te laten opereeren tot herstel van haar gezicht .»
De Bngelschman gaf in deze ondubbelzinnige woorden zijne denkwijs te kennen .
Lucilla's hand klemde zich vast in de mijne . « Hoe hard , hoe hard ! » fluisterde zij op bitteren toon . Ik bemoedigde haar eenigszins en beval haar geduld te hebben — en verbeidde in stilte ( evenals Nugent ) wat Herr Grosse zeggen zou . De Duitscher stond flink op en stapte naar de plaats waar Lucilla en ik zaten .
« Heeft mijnheer Sebright voor goed gezegd ?» vroeg hij .
De heer Sebright antwoordde alleen met zijn immer wederkeerende buiging .
« Goed ! Nu heb ik ook mijn woord te zeggen ,» merkte Herr Grosse op . « Een klein woord maar — niet meer . Met mijne beste complimenten aan mijnheer Sebright , stel ik tegen dat wat hij alleen denkt , wat — Grosse — met deze zijne handen gedaan heeft . De cataract van Miss daar , is een cataract die ik in mijn praktijk reeds meermalen heb doorgesneden en geopereerd . Nu kijk !» Eensklaps liep hij rondom Miss Lucilla heen , sloeg zijne mouwen op , legde den wijsvinger van elke hand op elke zijde van haar voorhoofd , en drukte zacht-kens ( zacht-kens ) hara ' oogleden met zijn twee dikke duimen weg .
» lk geef u mijn woord als gezichtkundige arts ,» zoo besloot hij , // mijn mes zal daar ' t licht weer inbrengen . Die lieve aardige juffer zal liever en aardiger dan ooit worden . Mijn mooie , goede Eiench moet eerst maar in haar besten gezondheidsstaat wezen . Zij moet me maar myn
eigen weg met haar laten gaan — en dan een , twee ,
drie , piek ! mijn lieve Eiench zal zien !» Hij lichtte Lu-cilla's ( Lucilla's ) oogleden weder op , toen hij deze laatste woorden sprak — keek ferm door zijn bril daarbinnen , gaf haar den luidst klinkenden kus op haar voorhoofd , dien ik ooit gehoord heb — lachte dat de kamer er van dreunde — en keerde naar zijn post als schildwacht bij de Mayon-naise ( Mayonnaise ) . » Nu ,» riep Herr Grosse blijde uit , » nu al het gepraat aan den kant . Gode zij dank , we mogen eindelijk beginnen met eten !»
Lucilla verliet voor de tweede reis haar stoel .
» Herr Grosse ,» sprak zij , » waar zijt ge ?»
« Hier , mijn beste !»
Zij stapte door de kamer heen naar de tafel , waaraan hij gezeten was , reeds bezig met het snijden van zijn geliefkoosd gerecht .
// Zeidet ge niet dat ge een mes moest gebruiken om mij Ie doen zien ?» vroeg zij heel kalm .
' Ja , ja . Wees daar maar niet bang voor . Het doet gar geen pijn .»
Zij tikte hem zaehtkens op den schouder met haar hand .
» Ga uw gang , Herr Grosse , -/ zei ze , // indien ge uw mes bij u hebt , hier ben ik — doe het dan dadelijk !»
Nugent schrikte . Mijnheer Sebright schrikte . Hare stoutheid verbaasde hen beiden . Wat mij betreft , ik ben de lafharligste vrouw ter wereld wanneer het op heelkun-dige ( heelkundige ) operatien aankomt , ' t zij die op mij zelve of anderen moeten worden verricht . Lucilla ontzette me . Ik snelde II de kamer door naar haar toe . Ik was zoo dwaas van te jl
schreeuwen .
. l !
' i
Eer ik haar nog had kunnen bereiken , was Herr Grosse opgestaan , gehoorzaam aan haar bevel , met een uitgelezen stuk van een hoen op zijn vork . » Uw allerliefste kleine dwaze , zei hij , zoo op éen slag kan ik geen cataracten snijden . Ik wil van daag maar éen operatie op u verrichten . Daar ....!» En zonder veel ceremonies stopte hij ' t stukje hoen in Lucilla's mond . » Ha , ha , knap het we ! op ; ' t Is een lekkerbeetje ! . . . . nu dan ! gaat gij allen zitten . Lonch , lonch !»
Hij was onwederstaanbaar . Wij namen allen weder plaats rond den disch .
De overigen aten . Herr Grosse smulde en zwelgde . Van de Mayonnaise viel hij aan op de marmelade-taart . Van die taart weer op de Mayonnaise . Van deze , voort naar sausijcebroodjes en blancmange ; en dan de toer nog eens even rond ( op ' t woord van een eerlijke vrouw ) tot de Mayonnaise terug ! Hij dronk in dezelfde mate als hij gegeten had . Bier , wijn , brandewijn — niets liet hij voorbijgaan ; hij mengde die allen ondereen . Wat betreft de lichtere bestanddeeelen van ' t feestmaal — de aman-delen ( amandelen ) en rozijnen , de confituren en ingemaakte gember , hij at die als een accompagnement bij al ' t andere . Op een schaaltje met olijven had hij ' t bijzonder gemunt . Met beide handen greep hij daarin , ja ontzag zich niet er een voor-raad ( voorraad ) van in zijne zakken te steken . » Up die wijs , zeide hij , zal ik niemand van de schaal behoeven te ontrieven , en zal ik gedurig olijven naar hartelust hebben .'/ Toen hij niet meer eten noch drinken kon , rolde hij zijn servet in een bal , en werd stichtend dankbaar . » Hoe goed God ,» merkte hij op , » dewereld gegeven heeft zoo veel lekkers om te eten en te drinken ! Ha !» zuchtte Herr Grosse , zijn uitgespreide vingers op de maagstreek leggende : « Wat doet het me daar unaussprechlich goed !»
Mijnheer Sebright keek op zijn horologie .
// Indien nog iets over de quaestie van de operatic moet gezegd worden , dan dient dat nu te geschieden ,» zoo begon hij . » Wij hebben ter nauwernood vijf minuten voor ons . Gij hebt mijne opinie gehoord . Ik blijf daarbij .»
Heer Grosse nam een snuifje en sprak : « Ik bij demijne .» '
Lucilla keerde zich naar de plaats van waar de heer Sebright gesproken had .
« Ik ben u verplicht , mijnheer , voor uwe meening ,// zoo zei ze rustig en vast . » Ik heb besloten de operatie te ondergaan . Mislukt die , dan blijf ik slechts wat ik nu ben . Slaagt die , dan geeft zij mij een nieuw leven . Ik wil alles wagen , voor de kans dat ik weer zien kan .»
Aldus gaf zij haar besluit ; te kennen . In die onvergete-lijke ( onvergetelijke ) woorden , opende zij den weg voor de volgende gebeurtenis in haar en ons leven , die het doel dezer bladen is te verhalen .
Mijnheer Sebright antwoordde haar op zijn beseheiden manier van spreken .
» Ik kan niet zeggen dat uw besluit mij verbaast ,» zeide hij . « Hoezeer ' t mij ook spijt , moet ik echter toe-geven ( toegeven ) dat ' t in uw geval een zeer natuurlijk besluit is .«
Nu wendde Lucilla zich tot Herr Grosse .
« Bepaal zelf maar den dag ,» zeide zij . « Hoe eer hoe liever . Morgen reeds als gij kunt .«
« Antwoord mij eerst op eene enkele vraag , miss ,// hernam de Duitscher , met een plotselingen ernst in toon en manieren , die ons geheel nieuw was . « Meent gij wat gij zegt ?»
Zij antwoordde hem van haar kant even ernstig : » Ik meen wat ik zeg .»
// Goed . Er is een tijd , kindlief , om grappen te maken ; maar er is ook een tijd van ernst , en dien beleven we nu . Ik heb u nog een laatste woord te zeggen eer ik heenga .»
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer