Archieven

 

Uw zoekacties: De Olijftak, 1871; p. 190

De Olijftak

beacon
1  records
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
De Olijftak, 1871; p. 190
Naam tijdschrift:
De Olijftak
Pagina:
190
Datum:
1871
Jaargang:
1871
Is onderdeel van:
6
DE OLIJFTAK .
eii zes mijlen breed zijn geweest , maar tegenwoordig is het naar alle waarschijnlijkheid minder uitgestrekt dan het hedendaagsche Londen . ( De oppervlakte wordt op 15 vierk . kilometers berekend .)
Teksten voor Vrede - en Vryheidspreeken .
- cêiS &>-
De wereldgebeurtenissen van den jongsten'tijd hebben doen zien dat een europeesch statenverbond in den geest van de amerikaansche republiek , of ook een internationaal opperste gerechtshof ter beslechting van diplomatieke geschillen nog niet voor vorming rijp zijn en dat , zoo zij al bestonden , daaamede geenszins de vrede gewaar-borgd ( gewaarborgd ) zou wezen . Integendeel , de pogingen zelfs om dergelijke instellingen tot stand te brengen , zouden zeer licht tot bloedige botsingen aanleiding geven , daar de mogendheden , die thans een beslist overwicht in de europeesehe staatkunde gekregen hebben , niet vrijwillig het met zooveel moeite en opofferingen bereikte standpunt zullen verlaten .
In de eerste tiental jaren beslissen Pruissen en Rusland over oorlog en vrede : de macht dier beslissing berust bij de monarschen dier staten .
De diplomaten zijn thans nog slechts de uitvoerders van den wil der vorsten : edelmoedigheid van gevoelens en andere deugden kunnen daarom geen invloed uitoefenen op de handelingen der diplomaten .
Waar de vorst de eerste dienaar van den staat is , zullen de diplomaten slechts werkzaam zijn in het belang van den vrede .
Het beste middel om een vorst , te nopen concessies te doen aan de machtsbevoegdheid van het volk , is : de geopenbaarde volkswensch . Dwangmiddelen bewijzen niets en zijn ook te kostbaar . Nog slechts weinige natiën zijn genoeg ontwikkeld om te wenschen overeenkomstig hare ware belangen , en het komt er voor de voorstanders van den vrede in de eerste plaats op aan . dat zij omtrent , die belangen juiste meeningen vestigen .
De beste wijze om de publieke meening der volkeu ten goede te leiden is gelegen in de volksontwikkeling , in dien zin dat alle werkende individuen in den staat het nauwe verband leeren begrijpen tusschen arbeid , in ' t particuliere en in ' t algemeene belang verricht . Een volk . dat . dien trap van ontwikkeling nog niet heeft bereikt , mag de openbare meenig niet laten gelden als volkswensch , en heeft nog niet het recht gediend te worden door zijne heerschers . Volksonderwijs en eene goede geneeskundige politie zijn de machtigste hefboomen tot volksontwikkeling .
Bene gelijkmatige ontwikkeling van a 11 e'europeesehe volken heeft meer waarde dan geavanceerde ! begrippen omtrent de ware volksbelangen bij sommige of zelfs bij het meerendeel der natiën . De pogingen in dien zin moeten dus vooral en in de eerste plaats aangewend worden bij de natiën , die in dit opzicht het meest achterlijk zijn : bij de minst vredelievenden .
Het is nog verre af dat , zooals sommigen hebben beweerd , de menschheid het bewustzijn heeft dat elke oorlog een burgeroorlog is , dat de natiën elkander be-schouwen ( beschouwen ) als leden van dezelfde familie en de aarde als een gemeenschappelijk eigendom . Nog eeuwen moeten verloopen alvorens de grenslijnen tusschen landen en volken genoegzaam zullen zijn uitgewischt om hare tegenwoordige enge beteekenis te verliezen .
Constitutionele regeeringsvormen zijn waarborgen tegen annexatie-politiek : hervorming van de staatsinstellingen is alzoo een middel om het aantal oorlogen te vermin-deren ( verminderen ) . Die politiek berust op beginselen uit de middel-eeuwen ( middeleeuwen ) en op de omstandigheid dat vermeerdering van grondgebied voordeel oplevert voor vorsten met onbeperkt gezag bekleed ; daarom wordt zij thans ook nog slechts door zoodanige vorsten gevolgd . Zij eischt het noodlottig voortbestaan der staande legers : tot het maken van ver-overingen ( veroveringen ) en tot het beletten daarvan .
De nadeelige gevolgen van het onderhouden der staande legers worden niet verminderd door deze samentestellen uit individuen van den laagst en stand der maatschappij .
De materieele voordeelen , die hieruit moerden voortvloeien , wegen niet op tegen de schade , die daardoor aan de zedelijke kracht van het volk wordt toegebracht , ter-wijl ( terwijl ) de waarde van zoodanig leger bovendien zeer ge-ring ( gering ) is .
Een leger , dat moet dienen tot verdediging van den staat , behoort te zijn samengesteld uit vaderlands - en vrijheidlievende mannen , die de voorrechten van het staatsburgerschap in een v r ij land hebben leeren op prijs stellen . Het nederlandsche leger voldoet niet aan dien eisch .
Algemeene dienstplichtigheid is in Nederland niet noodig en dus niet wenschelijk . Door de invoering van gelijke dienstplichtigheid zou het gehalte van ons leger aanzienlijk verhoogd worden .
De verdediger wint in kracht , naarmate er minder wettige redenen voor den aanval bestaan , en het volk zich beter bewust is van hetgeen het heeft te verliezen .
Het bewustzijn van kracht tegen een vijandelijken aanval kan door eene natie slechts verkregen worden door weerbaarheid van de gansche mannelijke bevolking (*).
Gemis aan voldoende bedrevenheid in den wapenhandel wordt in een van nature sterk land , als het onze , voor een deel vergoed door volharding en vasten wil .
Algemeene geoefendheid in den wapenhandel dient wèl onderscheiden te worden van militarisme : in een constitutionelen staat is militarisme ondenkbaar .
Algemeene volksweerbaarheid is slechts dan gevaarlijk
wanneer daarover ten allen tijde door vorst of regeering
eigendunkelijk kan worden beschikt . De wetten des lands
moeten het gebruik maken van die volkskracht door de
regeering beperken tot dit eene geval , nl . bij een aanval
van buiten .
It . G .
BINNENLANDSCH OVERZICHT .
den haag , 5 Juni 1871 .
Het is nu eenmaal de gewoonte dat , bij de verkie-zingen ( verkiezingen ) niet voor de leus , maar over eene leus gestreden wordt . Zoo werden de verkiezingen in 1869 door de onderwijs-quaestie beheerscht ; zoo werden vroegere verkiezingen door bewegingen van kerkelijkeu aard geleid . Maar is het nu wel zoo strikt noodzakelijk , dat één enkel staatkundig vraagpunt altijd de verkiezingen beheersche ? Bij buitengewone verkiezingen laat zich dit verklaren ; wanneer eene Kamer ontbonden is , op grond van oneenigheid van zienswijze tusschen Regeering en Volksvertegenwoordiging , over een gewichtige quaestie , dan is niets natuurlijker , dan dat het volk uitsluitend over die quaestie worde geraadpleegd en in hoogste ressort , uitspraak doe . Stel , bijv . dat de militaire questie , het-geen ( hetgeen ) ik niet hoop , in de toekomst aanleiding geve tot eene botsing tusschen de Regeering en ééne van de kamers der Staten-Generaal , dan ligt het voor de hand , dat de natie buitengewoon worde opgeroepen tot de keuze harer vertegenwoordigers , ten einde daardoor van hare overtuiging ten aanzien dier quaestie te doen blijken .
Bij eene gewone verkiezing , wanneer de helft van het personeel der Tweede Kamer aftreedt , hebbenjdeikiezers een ruimere taak te vervullen . Zij behooren de beginselen van hunnen kandidaat te toetsen aan die , welke zij zelve belijden . Zij behooren zich rekenschap te geven van de houding , welke het aftredend lid gedurende het laatste vierjarig tijdperk heeft : aangenomen en zich de vraag te stellen , of die houding aan hunne verwachting heeft beantwoord . Men heeft het der Regeering euvel geduid , dat zij bij de jongste begrootings-discussiën hare voor-nemens ( voornemens ) niet duidelijker heeft blootgelegd . Maar in geen geval zijn de kiezers daardoor verongelijkt . Immers nu behoeven zij niet angstvallig te onderzoeken welke denk-beelden ( denkbeelden ) hun kandidaat ten aanzien van geformuleerde wetsontwerpen mocht zijn toegedaan , en of die denk-beelden ( denkbeelden ) misschien van de hunne mochten verschillen , maar zij hebben zich alleen af te vragen , aan welke der
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer