Archieven

 

Uw zoekacties: De Olijftak, 1871; p. 166

De Olijftak

beacon
1  records
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
De Olijftak, 1871; p. 166
Naam tijdschrift:
De Olijftak
Pagina:
166
Datum:
1871
Jaargang:
1871
Is onderdeel van:
ö
DE OLIJFTAK .
Pruisen zijn aangericht . En terwijl ik op den donkeren December-avond na de lezing van dien brief zoo alleen bij den haard zit , zweeft voor mijn geest hoe geheel anders dat schoone land er uitzag op een zomerdag van het vorige jaar toen ik , na een aangenamen tocht van Keulen naar Constanze , van eene lange wandeling op / een brandend heeten namiddag mij wel gedwongen zag halt te houden , en mij eenige uren rust te gunnen in een kleinen boerenherberg aan de Fransche oeverzijde van de rivier de Lauter . Er was toen noch taal noch teeken van vijandelijk tegenover elkander staande legers in die geheele landstreek .
De ondergaande zon bescheen volgeladen wijngaarden , velden met rijpend graan bedekt en de lieve , kleine woningen van spaarzame en noeste landlieden . De mannen waren aan ' t werk in de korenvelden en wijngaarden , de " kinderen speelden aan de deuren der boerenwonin-gen ( boerenwoningen ) , vogeltjes zongen op de slanke populieren , en ik had plaats genomen op het voorplein van de // Drie Maaijers » in aangenamen kout met de herbergierster die rustig tegenover mij zat te breien . Daar was tijd voor alles in dat onbezochte huis , ik was de éénige gast en mijne gastvrouw had lust in een gezellig praatje .
Hoewel zij tot den boerenstand behoorde , en reeds bejaard scheen , was zijeene verstandige vrouw , met een vlug begrip en een goed geheugen begaafd , dat haar vooral niet in den steek liet wanneer het gebeurtenissen uit hare jeugd betrof , en de oorlogen uit den tijd van het eerste Fransche Keizerrijk , waarin haar Rijnland zoo'n groot aandeel had gehad . Wij kwamen in gesprek over dat onderwerp , weinig vermoedende dat een andere , niet minder vreeselijke en vernielende krijg zoo na op handen was . De goede oude vrouw scheen een weemoedig ver-maak ( vermaak ) te vinden in het ophalen van de voorvallen en beproevingen van die langverledene en treurige tijden , en de belangstelling die ik natuurlijk in hare herinne-ringen ( herinneringen ) stelde bracht ons spoedig op een vertrouwelijken voet en zoo kwam zij er waarschijnlijk toe , mij de vol-gende ( volgende ) geschiedenis te vertellen die ik , zooveel slechts j mogelijk , met hare eigene woorden , mededeel .
» l > vallei van Blümenthal ligt thans diep in Rijn-Btieren ( RijnBtieren ) , maar in mijne jeugd liep de Fransche grens-lijn ( grenslijn ) er door heen ; ons Rijnland heeft , zooals u , heer Engelschman , wel weet , vele veranderingen van mees-ters ( meesters ) ondergaan . Het is een warm en wèl beschut dal i tusschen twee boschrijke heuvelreeksen , de laatste lage j vertakkingen van do hooge Vogezen , en dat besproeit wordt door een riviertje dat de Briicken genoemd wordt , ' t welk indertijd de grensscheiding tusschen de Fran-sche ( Fransche ) en Duitsche landen uitmaakte .
Ik heb de plaats sedert meer dan vijftig jaren niet meer gezien , mijn hart brak als ik er aan dacht , dat geliefde verblijf weder eens te bezoeken , na al wat daar gebeurd is , maar ik herinner mij heel wèl hoe de eerste lente-dagen dit dal met veldbloemen tooiden en hoe de vogels daar zongen en hoe de hooge heuvelen aan weers-kanten ( weerskanten ) met een glooiing afdaalden en den zonneschijn binnenlieten , doch de stormen keerden ; hoe wij door de donkere groene bosschen , die de heuvelvlakten be-kleedden ( bekleedden ) , de kanteelen van een vervallen burcht kon-den ( konden ) zien ; hoe wij aan de andere zijde de torenspits van eene oude kerk opmerkten , en hoe wij op rustige dagen het aanhoudende doffe bruisen van den ontzaglijken Rijn konden hooren , die aan genen kant der wouden langs zijn eeuwigdurenden weg zijne golven voortstuwt .
Ook herinner ik mij heel goed nog de pachthoeven — daar waren er maar twee in de gansche vallei ! De men-schen ( menschen ) dachten toch dat het een oord was dat heelemaal uit de wereld gelegen was , omdat het dorp Brückenstein , onze naaste marktplaats , twee goede mijlen van ons af gelegen was , maar zij hadden daar zulke wijn-en boom-gaarden ( boomgaarden ) niet , daar groeide ook niet zulke tarwe of gerst als bij ons . Toch behoorden die hoeven tot tweeërlei volk . De pachthoeve aan den Duitschen kant van de Briic-ken ( Briicken ) behoorde aan Max Gauzner , mijn goeden vader , en de pachthoeve aan de Fransche zijde behoorde aan de weduwe Dupont . Er bevonden zich alreeds Fran-schen ( Franschen ) in onze landstreek lang voor dat de Franschen
die veroverd hadden en de Duponts hadden zich onder die eerste bewoners bevonden ; langs de geheele Briic-ken ( Briicken ) was het bekend dat zij en de Gauzners in Blü-menthal ( Blümenthal ) hadden gewoond , van den tijd van den eersten Keurvorst-Palatijn af en dat zij altijd goede vrienden waren geweest . Hunne voorvaders en de onzen hadden te samen de heuvelen beklommen om in de verte de bewegingen der Fransche en Duitsche legers te be-spieden ( bespieden ) die om het land vochten , en het verwoestten , maar nooit hadden zij voor die vijandelijke legers hun huis en haard ontvlucht , gelijk het overige landvolk , om-dat ( omdat ) de oorlog en zijne schrikkelijke jammeren nog nooit het eenzame dal waren genaderd . Hunne betrekkingen en ook de onzen woonden meest in Brückenstein , het dorp was toen half Fransen en half Duitsch : de be-volking ( bevolking ) leefde in vrede en vriendschap , maar niemand hartelijker dan de twee eenzame huisgezinnnen in het dal . Er waren niet veel personen in elk der beide hui-zen ( huizen ) om over hun landaard te twisten , zelfs al hadden zij daartoe geneigdheid gevoeld . Mijn vader en moeder , beschaafde Duitsche lieden , in den schoonen middelba-ren ( middelbaren ) leeftijd , hadden twee kinderen , mijn broeder Robert en mijne moeder Betsy . De weduwe Dupont zag er even gezond en frisch uit , als wij , en ze gaf voor dat ze veel jonger was dan ' t scheen , zooals haar landgenooten ge-woonlijk ( gewoonlijk ) doen . Mijne moeder placht altijd te zeggen dat dit even onafscheidelijk van de " Fransjes " was als hunne bruine gelaatskleur . De weduwe had ook twee kinderen , een jongen en een meisje , Louis en Juliette geheeten .
Wij vier jongelui groeiden te zamen op ' en met ons nog een knaap die eenige jaren ouder was , geen kind van een der beide familieën , maar om zoo te zeggen door beiden groot gebracht , hoewel hij alleen aan ons verwant was , — Jacob Gauzner , onze verre neef , die reeds vroeg-tijdig ( vroegtijdig ) zijn ouders verloren had en zonder andere erfenis was gebleven dan zijn vlug verstand , zijne gezondheid en zijn werkzame handen , dat toch ook wel watbeteekent .
Jacob had een open , goedtrouwig gezicht , dat zijn Duitsche afkomst verried , en was eenvoudig en eerlijk in al zijn doen en laten ; voorts had hij een dikken bundel rossig haar , dat hij zich nooit de moeite getroostte van te kappen of op te maken , en een hart en hand waar ieder vriend op rekenen kon als ' t gold hulp of troost te verleenen . Maar Jacob was heel licht geraakt . Dat was hij van kindsbeen af geweest ; werd hem maar een stroo in den weg gelegd , kon hij bij tijden opstuiven dat je er bang van werd en dan was ' t zijn gewoonte ons huis te verlaten met zijn eiken koffer over zijn schouder en zijn intrek te nemen bij de Duponts , totdat de ge-voeligheid ( gevoeligheid ) over was , of dat hij eene nieuwe korzelige bui kreeg in het huis der weduwe , en dan kwam Jacob met koffer en al trouw tot ons terug . In elk huis was hij even welkom : de jongen had op die manier eigen-lijk ( eigenlijk ) bij beiden zijn woning , en het maakte weinig ver-schil ( verschil ) waar hij zijn verblijf hield . De velden en de wijngaarden der Duponts zouden aan de onzen hebben gegrensd als de Briicken niet tusschen beiden had gelegen , doch onze voorouders of de hunne hadden een brug over den stroom gelegd , eenvoudig bestaande uit de stammen van twee groote boomen , waarover onophoudelijk heen en weer geloopen werd oin eikaêr in het boerenwerk te hel-pen ( helpen ) , om te deelen in elke feestvreugde , en om tochtjes meê te maken naar de markt van Brückenstein op werk-dagen ( werkdagen ) en naar de kerk van Brückenstein op Zondagen .
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer