Archieven

 

Uw zoekacties: De Olijftak, 1871; p. 163

De Olijftak

beacon
1  records
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
De Olijftak, 1871; p. 163
Naam tijdschrift:
De Olijftak
Pagina:
163
Datum:
1871
Jaargang:
1871
Is onderdeel van:
DE O L IJ F T A K ,
3
studenten reeds zoo vaak hadden verlangd te zien , schijnen niet zulk een geestdrift bij u te hebben opgewekt als ik had verwacht . Wei geeft gij zulk een duidelijke beschrij-ving ( beschrijving ) van alle dingen , dat men ze om zoo te zeggen voor zich ziet , maar het gelijkt alles meer op een schil-derij ( schilderij ) dan op de levende frissche natuur , en welken indruk de schoonheid van die streken op uw gemoed maakte , daarover bewaart gij geheel en al het stilzwijgen . De gedochte , dat de scheiding u van mij vervreemden kon pijnigt mij , want ofschoon ik de vlucht van uw rijken geest niet altijd kan volgen , gevoel ik toch of uw hart vroolijk is of lijdt en behoefte heeft aan deelneming ; en uwe vreugde zal steeds de mijne zijn en blijven , al houdt ook mijn beroep en de afstand ons mijlen ver van elkander verwijderd , üok moeder deelde mijn gevoelen over de stemming van uw brief , en na de lezing daarvan was de uitdrukking van blijde verwachting van haar gelaat verdwenen die ik had opgemerkt toen ik met den brief in de hand opgeheven , bij haar binnentrad .
" Zij schijnt Antje's afwezigheid meer te gevoelen dan zij wel zegt , doch met haar gewone zelfopoffering voor het welzijn van anderen heeft zij er voor den winter van afgezien haar pleegkind terug te vorderen . Anna neemt met grooten ijver de huishouding waar en de pachtersvrouw geeft de beste getuigenis van haar ; ook hoor ik dat zij zeer bemind wordt door het geheele dienst-personeel ( dienstpersoneel ) en dat zij met zooveel doorzicht en versland met iedereen weet om te gaan . Haar vrije Zondag-middagen ( Zondagmiddagen ) brengt zij grootendeels in gezelschap van Lizette door , wier bruiloft binnen kort zal worden ge-vierd ( gevierd ) . De beide meisjes hebben dan zooveel ie overleggen en te bepraten dat Antje — zooals ik tot mijn spijt moet bekennen — onze lieve moeder daardoor eenigs-zins ( eenigs-zins ) veronachtzaamt en hare bezoeken in ons huis korter maakt , dan ik in haar plaats doen zou . üok mij be-handelt ( behandelt ) zij een weinig kortaf , en toen ik gisteren naarde boerderij ging om haar uw reisbeschrijving voor te lezen , liep ze reeds na de eerste paar regels naar buiten , daar zij , zooals ze zeide , aan haar verloofde schrijven moest . Do anderen kunnen het mij wel later vertellen !/' riep zij en liet mij met de pachtersvrouw alleen . Dit zou mij hebben gekwetst , als ik niet bij mij-zelven gedacht had dat de liefde tusschen verloofden somtijds zulke verande-ringen ( veranderingen ) teweegbrengen kan en hun , behalve voor den éenen , voor alle anderen betrekkelijk onverschillig doet zijn . Later , als ze maar eerst , met den man harer keuze vereenigd is , zal Anna zeker weer vertrouwelijker met ons worden , en ik wil haar niet bij u aanklagen , maar deel u dat alles slechts mede omdat ik weet dat , gij meer over de liefde hebt nagedacht dan ik en u die verandering beter zult , kunnen verklaren . Dat is de liefde , waarvan ineii /. egt , dat zij het grootste geluk en ongeluk over - Je Dwaache
Eenige oogenblikken stond hij met half gesloten oogen stom en zonder zich 1e bewegen . Toen sprong hij op , greep naar zijn hoed en stormde het , huis uit , zonder te bedenken dat de brief open op den grond lasr en dat , de kast , waarin bijzijn geld bewaarde , niet treslotenwas . /' Zwakkeling die ge zijt , dat zulk eene tijding na al hetgeen gij hebt doorgestaan u nog op nieuw smart kan ver-oorzaken ( veroorzaken ) !" mompelde hij , terwijl hij over het plein en door de straten der stad de poort uitsnelde . In de nabijheid daarvan lag een klein , uit . lage kastanjeboomen aangelegd boschje , waarin hij met onrustigen tred op en neer liep , misschien wel langen tijd , want de duisternis begon reeds te vallen toen hem eene vrouwelijke gedaante , tegemoet , kwam , en eene zachte , ernstige stem tot hem sprak :
" Gij zoekt de eenzaamheid terwijl gij weet dat ge
slechts één voetstap behoeft te doen om deelneming en troost te vinden ./' Hij keek op en herkende de schilderes .
" Gij zijt ziek !" sprak zij en zag hem met bezorgde blikken aan .
» Ik geloof het zelf ook ; ik gevoel mij niet wel ,// hernam Ernst , terwijl hij zijn best deed om zich goed te houden . // Zijt gij hier alleen , Jufvrouw ? Het wordt donker en koel . Mag ik u naar huis vergezellen ?//
// Gij zoudt mij daarmee zeer verplichten . Ik ben ver heen gegaan om mos en de laatste bloemen te zoeken . Zie maar eens , hier heb ik distels , herfstijloozen , late matkleurige vergeet-mij-nietjes ( vergeet-mij-nietjes ) . Ik wil ze schilderen , daar ik mij op ' t oogenblik tot niets hoogers geroepen voel . Gij hebt ' t zeker heel druk gehad niet werken , dat gij daardoor geheel en al vergeten hebt aan uwe belofte van ons te komen opzoeken ''//
// Ik zal inhalen wat ik tot mijn eigen schade , heb ver-zuimd ( verzuimd ) ."
// Hebt gij ook de eene of andere treurige tijding van huis ontvangen ? // vroeg zij met ongekunstelde deel-neming ( deelneming ) .
// Dat niet — mij is niets bijzonders wedervaren ; ik liet hier alleen den vrijen loop aan mijne gedachten ."
// Die gedachten moeten niet heel opbeurend zijn ge-weest ( geweest ) ; maar ik wil u mijn deelneming niet . opdringen ; dat zou onkiesch zijn , en slechts de omstandigheid dat ik zelve ook niet altijd op rozen gewandeld heb kan als ver-ontschuldiging ( verontschuldiging ) dienen voor mijne vrijpostigheid . Er be-staat ( bestaat ) zekere soort van vrijmetselarij tusschen degenen , wie | het noodlot met ruwe handen heeft aangegrepen .//
" Al wie u ziet en u niet , hoort spreken zou niet ge-looven ( ge-looven ) dat gij tot dien grooten broederbond behoort .//
" Ik draag mijn lot zoo goed ik kan ,» antwoordde zij ; meteen glimlach . » Ik ontzie geene inspanning om mij in liet leven te schikken , zooals ' t , mijn plicht is . Soms lach ik om mijn tranen 1e verbergen . Het zou natuur-lijk ( natuurlijk ) eene groote verlichting zijn als men ' t hoofd kon laten hangen , zooals men wilde , maar dat mag niet j zoolang men onder menschen leeft . Tusschenbeidc komt , mij het , leven als eeu gemaskerd bal voor . Wat zou men niet al zien , als eens plotseling alle hulsels en mommen afvielen !"
Wist zij dat hare woorden weerklank vonden in zijn gemoed ? Hij dacht een poosje na . en zeide toen met ' t hoofd schuddend : ■ " Gij zeel » wei dat uw levenspad niet , met rozen is i bestrooid , maar het bitterste hebt , gij toch nog niet ondervonden — ten minste ik wil ' t , hopen . Men kan zijn ouders in ' 1 graf eelegd , men kan have en goed verloren hebben , en daarom loch niet arm en eenzaam zijn ."
// Ik weet het wel ,» hernam zij gejaagd . " Verraden en versmade liefde is erger . Wie echter vasten moed en ' t hart op de rechte plaats heeft , laat zich door eene enkele teleurstelling niet , ter neer slaan . Ik gevoel steeds meer afkeer dan werkelijk medelijden , wanneer ik hoor dat menschen zich om eene ongelukkige liefde van ' t leven berooven of met het leven in onophoudelijken strijd zijn , daar het hun niet wil schenken wat zij zich als het hoogste ideaal van geluk hebben voorgesteld . Een gezonde natuur valt niet zoo gemakkelijk te ver-woesten ( verwoesten ) , en wie een vasten wil heeft moet , zich in zijn lot weten te schikken ."
" Het is eene kunst die ik wel zou willen leeren ," zeide j hij met een gevoel , alsof hij zich moest , verontschul-digen ( verontschuldigen ) tot de klasse te belmoren waarvan zij zulk een I grooten afkeer had .
" Daartoe bestaan afdoende hulpmiddelen , en die vindt , men als men er maar naar zoekt ."
Zij hadden intusschen de stad bereikt en het rumoer op straat belette hen ' t gesprek voort te zetten .
" Kan ik u morgen avond een bezoek brengen , om dat onderhoud voort te zetten ?» vroeg hij , toen zij voor de ji deur der schilderes stonden .
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer