Archieven

 

Uw zoekacties: De Olijftak, 1871; p. 135
De Olijftak
beacon
1  records
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
De Olijftak, 1871; p. 135
Naam tijdschrift:
De Olijftak
Pagina:
135
Datum:
1871
Jaargang:
1871
Is onderdeel van:
DE OLIJFTAK .
ouden heer Smits , dr . Lindo bewezen . Dat was de eenige reden , en laten wij dus uit deze voorstelling ons geene te schoone voorspiegelingen maken omtrent de herleven-digde ( herleven-digde ) bescherming der tooneclkunst in Nederland .
Laat ik eerst kort den inhoud van Oliver Goldsmith's She stoops to conquer mededeelen , om dan een woord te zeggen omtrent de voorstelling van verleden Dinsdag , die morgen door eene tweeüe wordt gevolgd . Naar den titel te oordeelen , zou men meenen , dat zij de heldin van ' t stuk is , de bevallige Miss Hardcastle , die zich de vernederende rol van buffetju.Vrouw laat welgevallen , om Marlow , een edelmoedig , jong , mrar vooral very handsome man , die uiterst bedeesd is tesenover fatsoenlijke vrouwen , en zelfs zóó schroom-vallig ( schroomvallig ) tegenover haar , dat hij haar bij de eerste samenkomst niet in ' t gelaat durfde zien , in haar net te verstrikken , hetgeen haar uitnemend gelukt , daar bij die tweode ontmoeting de levenslustige jongeling zich oneindig minder bescheiden betoont en aan de begeerte van zijn hart wat al te zeer den vrijen teugel zou vieren , werd hij niet door de natuurlijke ingetogenheid der schoone miss teruggehouden . Met het oog dus op den titel , zou men meenen dat deze country-lady de heldin is van ' t stuk . Maar dit is niet het geval . De held van't strk is Tony Lumpkin ( Toontje Lompman , zoo als Dr . Lindo hem vertaalt ). Tony Lumpkin heeft den draad van ' t stuk in handen ; telkens , wanneer't stuk uit tering dreigt weg te sterven , komt Tony op den voorgrond . Wie is Tony ? An awkward booby , reared up and spoiled at his mother's apron-string . Geen mauvais sujet dus uit natuur , maar een ellendige jongen , door moeders pappot bedorven , die alleen op listen en streken denkt , die niets degelijks uitvoert , zijn tijd in de her-bergen ( herbergen ) der country verbeuzelt , en die , ofschoon niet slecht van inborst , uit ondeugendheid al heel wonderlijke denkbeelden bezit omtrent de wettigheid van den eigen-dom ( eigendom ) , daar hij een sleutel heeft op al de laden zijner moeder , en er geene gewetenszaak in ziet , de juweelen weg te kapen , die aan zijne nicht toebehooren , ten einde hare huwelijks
Al de intrigue van ' t stuk ligt hierin , dat Tony , genoegelijk en in gezelügen kout met zijne makke-s , allen fatsoenlijke jongens , die op zijn zak loopen en in stand ver beneden hem staan , in een alehouse room bijeen-zittende ( bijeen-zittende ) , in zijn prettig samenzijn wordt gestoord door de komst van twee vreemdelingen , die hij al dadelijk ver-moedt ( vermoedt ) , dat de pretendenten zijn van de twee schoone lady's , met wie hij onder één dak samenwoont . Tony doet zich voor als de onwetende en tracht de vreemdelingen uit te hooren omtrent de familie Hardcastle . Het min vleiend getuigenis , door Marlow omtrent Tony zelven gegeven , ofschoon het slechts op geruchten steunt , en dat ik straks woordelijk heb medegedeeld , is voldoende voor den lichtzinnigen , op streken loerenden jongeling , om den vreemdelingen hunne openhartigheid duur te laten betalen . Op hun beleefd verzoek om hun den weg te wijzen naar de Hardcastle's , wijst hij , na tal van zotheden hun op de mouw te hebben gespeld , den weg aan naar ' t kasteel , maar doet hun dit kasteel voorkomen als een herberg ; den braven , gemoedelijken , gastvrijen ouden Hardcastle als een praatzieken en onbescheiden waard , maar die de beste wijnen en de beste bedden heeft in the whole country . Nu volgen the mistakes of a night : de vreemde quiproquo's tusschen den gast-vrijen ( gastvrijen ) landheer en zijne al te vrijpostige gasten ; de ver-schijning ( verschijning ) der mooie buffetjufvrouw , die voor Marlow in de omgeving waarin hij zich meent te bevinden , niets onge -
woons heeft ; de klimmende woede van den anders doodbe-daarden ( doodbedaarden ) Hardcastle , die juist aankomt op ' t oogenblik , dat Marlow voor de gewaande buffet juf vrouw in de teederste houding ligt neergeknield ; eene woede , dis zich niet langer bedwingen laat , wanneer de gasten dengewaanden herberg als hun huis beschouwende , de dronkenschap hunner bedienden in bescherming nemen ; de aankomst van den ouden Marlow , een vriend der jeugd van den ouden Hardcastle en die zich een toestand van algemeene tevredenheid en huiselijk geluk had gedacht en slechts wanorde en verwarring kan ontdekken ; de mislukte schaking van Miss Neville ; de eind e lijk e ontdekking , waarvan al de verantwoordelijkheid natuurlijk drukt op Tony , die een stouten coup waagt en de mislukte schaking terecht tracht te brengen , door zijne moeder , die jMiss Neville naar hare tante w il wegbrengen , een buiteling in de moddersloot ce laten doen , waardoor Hastings in staat wordt gesteld zijn plan te volvoeren . De oude Hardcastle kan in ' t eind vrede hebben met zijnen schoonzoon , met wien Miss Hardcastle altijd vrede heeft gehad , want hij is a generous and handsome man , en het stuk eindigt met dit woord van den gastvrijen , maar ook zeer weldadigen ouden Hardcastle : » To morrow we shall gather all the poor of the parish about us , and the mistakes of the night shall be crowned with a merry morning . So , boy , take her ; and as you have been mistaken in the mistress , my wish is , that you may never be mistaken in the wife ." Ben hartelijke , welgemeende raad van dien braven man , die genoeg heeft van de politiek , die zich gelukkig gevoelt te midden zijner huisgenooten , die geene voldoening smaakt van het dresseeren zijner boeren tot lakkeien en die met eene natuurlijke goedhartigheid zelfs Tony vergeeft , dat hij hem den herbergier heeft laten spelen .
Ziedaar , in vluchtige trekken , het stuk , dat dr . Lindo dienstig heeft geoordeeld voor het nationaal tooneel te bearbeiden , dat eene é 1 i t e van voorstanders en beschermers der tooneelkunst Dinsdag naar onzen schouwburg lokte en waarvan wij de Nederduitsche vertaling spoedig uit den letterkundigen boekhandel van den heer Kruseman , voorzeker in smaakvollen vorm , mogen tegemoet zien . Vraagt men mij , was de gedachte van dr . Lindo geluk-kig ( gelukkig ) , en is zijne poging geslaagd , dan zou ik daarop niet zonder voorbehoud willen antwoorden . Heeft de ver-tooning ( vertooning ) van dit stuk het publiek voldaan ? Ik geloof het niet . Het is mij niet gelukt , één bezoeker te ontmoeten , op wien deze opvoering een bijzonder gunstigen indruk heeft gemaakt . Ik laat daar de wijze van opvoering ; het ligt niet in mijn kader , die te bespreken , en de krachten van de artisten van den schouwburg van den heer Valois zijn bekend . Maar de hoofdvraag is deze : is ' t niet slagen der opvoering ook te wijten aan het stuk of niet ? Het doet mij leed het te moeten verklaren , vooral omdat ik een bewonderaar ben van de letterkundige voortbrengselen van dr . Lindo , maar hij had dit stuk niet , of liever niet zóó moeten laten opvoeren . Wat is dit stuk ? Bene comedie , in den echten zin des woords ? Volstrekt niet . Het stuk had juist volgens de opdracht van Goldsmith aan zijn boezemvriend Johnson de strek-king ( strekking ) om een protest te zijn tegen de comedie's van die dagen , die overvloeiden van sentimentaliteit . Goldsmith verviel in een ander uiterste . Zijn stuk komt ons voor , bij de twee groote deugden , die het bezit , als geestige inkleeding en fijne karakterteekening , niet vrij te zijn van een aantal gebreken . Laat ik openhartig mijne meening zeggen , die althans de verdienste heeft van oorspronkelijk te zijn , want geene enkele kritiek van dit stuk is mij bekend geworden . Vooreerst mist het stuk geheel het element van ' t gevoe
klein , los draadje , dat in het vierde bedrijf wel wat meer wordt uitgespannen , maar dat deirom toch hetzelfde nietige draadje blijft van ' t begin , en dat zich maar niet wil laten leenen tot een kluwen garen . Een derde gebrek : de gerektheid der handeling . Dr . Lindo zal mij zeggen : gij hebt hier niet te doen met een oomedie , in den eigenlijken zin des woords , maar met een Posse . Toegegeven ! En als Posse mag aan het stuk van Goldsmith om zijn geestige dialoog eene eereplaats worden aangewezen . Daarin komen , als in al zijne wer-ken ( werken ) , tooneelen voor , die onbetaalbaar aardig zijn . De scène tusschen den landheer en zijne boeren , die hij tot knechten dresseert , is een meesterstuk van vinding en bewerking . Een aantal geestige tooneelen kunnen voorzeker een Posse vormen . Maar dan moet ook de Posse blijven ' t nagerecht , de fijne schotel na ' t diner , en Goldsmith zondigde hierin , dat hij van ' t dessert een diner heeft gemaakt . Eene Posse , a'.s Goldsmith in vijf bedrijven schreef , zou Calisch of een ander Duitsch tooneelschrijver van den tegenwoordigen tijd in twee of drie bedrijven hebben afgewerkt . Eene Posse moet een expres-trein zijn , en geen trekschuit . Het is dus mijn grief tegen dr . Lindo , dat hij zich door zijn verklaarbare Angloraanie te ver heeft laten drijven en dat tooneelstuk voor ons tooneel heeft vertaald , in plaats van bewerkt . Indien hij het had willen bewerken , had hij het stuk oneindig moeten conden-seeren ( conden-seeren ) en het in twee bedrijven moeten samenpersen . Een vierde gebrek , en dan zal : k ' t hierbij maar laten , ' s de min gelukkige gedachte , die in de schepping der buffet-jufvrouw is gelegen . Zóó iets moge eene eeuw geleden met het Engelsche coun try-leren bestaanbaar hebben kunnen zijn : dat weet ik niet ; maar wel weet ik , dat deze opvatting strijdt met de zeden en de toestanden van onze natie en daarom haar niet kan boeien . Een Neder-1 ( Neder-1 ) a n d s c h e G
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer