Archieven

 

Uw zoekacties: De Olijftak, 1871; p. 100
De Olijftak
beacon
1  records
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
De Olijftak, 1871; p. 100
Naam tijdschrift:
De Olijftak
Pagina:
100
Datum:
1871
Jaargang:
1871
Is onderdeel van:
4
DE O L IJ F T A K .
tocht en krijgsvoorraad van de zeezijde hebben kunnen verwachten ; hetgeen de landvestingen doorgaans missen , die ten slotte — getuige Metz en Parijs — door den hongersnood moeten bukken .
Men had zich nu laatstelijk te Duinkerken tot dap-peren ( dapperen ) tegenweer gereed gemaakt , indien de Duitschers ook tot hier waren doorgedrongen ; — en heel verre stonden zij zeker niet meer af . Gelukkig voor de plaats dat het niet tot de proeve van een beleg en bombarde-ment ( bombardement ) is behoeven te komen .
Voor de omwenteling van 1789 was de stad vcei volk-rijker ( volkrijker ) dan thans en telde zelfs nog in haren aanvang 54,000 inwoners . Sedert is de handel veel naar de andere Fransche westelijke havens verloopen .
Juist de gewichtige ligging als handelsplaats , de goede haven en de geduchte versterkingen waren voor de bewoners van Duinkerken een bron van velerlei rampen , daar uit hoofde van die voordeelen de stad in de vele oorlogen tusschen Frankrijk en Engeland steeds eene beteekenende rol heeft gespeeld en het voorwerp van gedurigcn naijver tusschen deze beide staten was .
De Engelsehen stelden
het als eene hoofdvoor-__ ( hoofdvoor- ) _,- --
waarde van den vrede van Utrecht in ' t jaar 1713 , dat Frankrijk op eigene kosten de vestingmuren weder af-breken ( afbreken ) en dit meesterge-wrocht ( meesterge-wrocht ) van vestinebouw-kunde ( vestinebouw-kunde ) vernietigen zou . Vergeefs poogde de Fran-sche ( Fransche ) regeering deze voor-waarde ( voorwaarde ) te verzwakken of te ontgaan , — vergeefs poogden de inwoners van Duinkerken de verzande haven in stilteteherstellcn . De Parijzer vrede van 1763 , (' ril Engeland voorschreef , v-rnieuwdc deze voorwaar-de ( voorwaarde ) van den TJtrechtschen vrede .
Toen nu bij den Parijzcr vrede van 1783 de artike-len ( artikelen ) deswege werden inge-trokken ( ingetrokken ) , spande Frankrijk al liet mogelijke in . ten einde de haven en de ves-ting ( vesting ) te herstellen , ten gevolge van welke pogin-gen ( pogingen ) Duinkerken metder-daad ( metder-daad ) weder opgebeurd en eene aanzienlijke handels-plaats ( handelsplaats ) geworden is , ofschoon zij toch haar vroeger strategisch gewicht niet geheel heeft terug erlangd .
HET NOORDERLICHT .
( Met eene gravure ).
Het Noorderlicht , de Aurora borealis , is dat belangwekkende lichtverschijnsel , dat in het hooge Noor-dentot ( Noordentot ) verheldering van de lange winternachten dient , onder onzen hemel veel zeldzamer is , zuidelijker van onze luchtstreek nog zeldzamer en onder de keerkringen genoegzaam in ' t geheel niet voorkomt , terwijl men echter van de andere pool der aarde soortgelijk licht waarneemt , het Zuiderlicht geheeten ( Aurora au s tra lis ). Vanden eigenlijken aard van dit licht heeft de natuurwetenschap nog geen afdoende verklaring kunnen geven . TV ij weten in ' t algemeen van het Noorderlicht slechts zoo veel , dat dit verschijnsel in eenig verband schijnt te staan met het aardmagnetisme , hetgeen inzonderheid daaruit blijkt , dat het middenpunt der Noordlichtkroon dat punt
van ' t hemelgewelf is , waarnaar de inclinatienaald wijst en dat de top van zijn lichtboog juist in den mag-netischen ( magnetischen ) meridiaan valt , terwijl de declinaüenaald van ' t kompas gedurende het geheele veroop van ' t Noor-derlicht ( Noorderlicht ) aan hevige afwisselingen onderhevig is . Alex , von Humboldt noemt het Noorderlicht een magnetisch onweder ; hij verstaat daardoor namelijk een hevige , lotseünge , tamelijk aanhoudende ontlading van clectriciteit en aardmagnetisme .
Daar , zooals wij opmerkten , hetzelfde licht ook aan den Zuidpool voorkomt , zou men wellicht beter doen het in ' t algemeen het Poollicht te heeten .
Volgens de waarnemingen der natuurkundigen open-baart ( openbaart ) zich het Poollicht reeds lang voor den aanvang van het lichtverschijnsel door een eigenaardige zwartach-tige ( zwartachtige ) kleur des hemels in ' t Noordwesten , welke kleur van lieverlede donkerder wordt en een meer of minder uitgebreid cirkelsegment vormt , dat , door een lichten zoom omgeven , den vorm van eene donkere wolkbank aanneemt , maar op hooge breedten ter nauwernood zichtbaar wordt . Soms vertoont zich dat segment ooj .
DUINKERKEN . ( Zie blz . 3 ).
door een of meer vale lichtbogen boven elkander ; de lichtboog stijgt of daalt , breidt zich uit , trekt zich samen en breekt soms in stukken . Plotseling verschijnt nu op een of andere plaats van den boog een heldere lichtkern , waaruit stralen beginnen te schieten , die stijgen of neer-waarts ( neerwaarts ) gaan . De randen van het segment worden helder-der ( helderder ) , en uit de zwarte plek in het middenpunt schieten nu naar vuurpijlen zweemende stralen in snelle opeenvol-ging ( opeenvolging ) , die een lichtspoor aan den hemel achterlaten , zich vaak verdeelen , verbreeden , nagenoeg tot het zenith oprijzen en zich eindelijk over ' t geheele hemelgewelf uitstrekken . Dit is het oogenblik , waarop het Poollicht zijn hoogsten luister bereikt heeft . Nu vallen als ' t ware lange vurige linten van den hemel , zij zinken zacht ter neer , en zelfs zoo diep , dat de toeschouwer meenen zou dat hij die met de vingers zou kunnen vatten . Een helder witte wederschijn verbreidt zich dan over den gansenen hemel en de zee , zooals uit bijgaande afbeelding eenigszins kan worden opgemaakt , welke naar de eigene waarneming van een Franschen natuuronderzoeker en reiziger op het fregat Pandora , in ' t jaar 1866 , geteekend is . De Pandora verliet de kusten van IJsland juist bij het opkomen van het Poollicht en alle ooggetuigen zijn een-parig ( eenparig ) in de bewonderenswaardige schilderingen van den onuitsprekelijk grootschen indruk van dit verschijnsel , dat verscheiden uren aanhield .
De strepen en stralen , welke in den aanvang een witachtig licht hadden vertoond en oogenschijnlijk in de breedte eenigszins vervloeid waren , werden tegen het einde van hef verschijnsel roodachtig , versmalden toen tot een rechten dunnen draad en toonden een steeds zwakker wordend rood licht , dat al bevende ten slotte geheel vervloog . Het zeldzaam wordende uitschieten dei-stralen ( dei-stralen ) en de nauwere lichtruimten die zij besloegen , kondigden het einde van het natuurverschijnsel aan , waarbij echter geenerlei gedruisch vernomen werd , zooals men vroeger wel eens bij zoodanige krachtige verschijnselen wil hebben opgemerkt . Het laat zich daarom niet tegenspreken dat de Poollichten niet soms met gedruisch gepaard kunnen zijn gegaan , want soort-gelijke ( soortgelijke ) gevallen zijn te dikwijls opgemerkt , vooral in Siberië , dan dat men ' t onder de verdichtselen zou mogen rangschikken ; ' t geknetter als van vuurwerk dat men vernam , kan daaruit worden verklaard , dat zich zulke magnetische onweders slechts op zeer geringe hoogte boven onzen dampkring ontladen .
Onder de meest belangwekkende Poollichten behoorde dat van den 25 October 1870 , dat door zijne bui-tengewone ( buitengewone ) pracht en om-vang ( omvang ) de algemeene opmerk-zaamheid ( opmerkzaamheid ) boeide . Niet alleen dat het Noorderlicht zich tegen den avond over een groot gedeelte van Europa en Amerika ver-toonden ( vertoonden ) , maar op hetzelfde oogenblik aanschouwde men in Zuid-Afrika cen allerschitterendst Zuider-peht ( Zuider-peht ) , dat zich , volgens later ontvangen berichten , tot in Australië uitbreidde . Kceds eenige malen te voren , den ] Men , 20stm»-23stcu ( 20stm»-23stcu ) on gluten OoUiber , had men het Noorderlicht in onze gewesten aan-schouwd ( aanschouwd ) , doch niet zoo prachtig als den 25sten October tusschen 8 en 9 ure ' s avonds . Toen werd de stralenkrans der Aurora gezien . Eene beschrijving van een Engelsch waar-nemer ( waarnemer ) houdt deswege o . a . in :
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer