Archieven

 

Uw zoekacties: Betuws(ch) Tuinbouwblad, 1963-1964-24; p. 6

Betuws(ch) Tuinbouwblad

beacon
1  records
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
Betuws(ch) Tuinbouwblad, 1963-1964-24; p. 6
Naam tijdschrift:
Betuws(ch) Tuinbouwblad
Pagina:
6
Datum:
1963-1964-24
Jaargang:
1964
Is onderdeel van:
6
FRUITTEELTDAGEN TE I NGEN EN ELST Watervoorziening, waterbeheersing, grondbewerking, nachtvorstbestrij- ding, financiering van bedrijfsverbeteringen en de afzetvooruitzichten van onze appelen en peren waren de onderwerpen die op de fruitteeltdagen te Ingen en Eist werden behandeld.
Water en grond Te Ingen sprak de heer Ir. H. van Rossum c.i., Hoofd van de sectie waterbouw van de Cultuurtechnische Dienst te Utrecht over de zoetwatervoorziening van Nederland, in het bijzonder het gebied Echteld-Lienden. Spre-ker ( Spreker ) vertelde over de opslag van water in het IJselmeer. Verder wees hij op de Rijnstuwen, die voor de Betuwe van groot belang zijn. Met behulp van het nieuwe pompgemaal in de buurt van Dienden kan de Betuwe, speci-aal ( speciaal ) het gebied Echteld-Lienden, van water worden voorzien. Om Rijnwater te mogen aftappen is echter vergunning van Rijkswa-terstaat ( Rijkswaterstaat ) nodig. De Linge is voor waterafvoer goed in orde. Voor de fruitteelt is zowel een goede water aan- als afvoer noodzakelijk. Men dient de waterbeheersing immers volkomen in zijn hand te hebben. Bij het plan Echteld-Lienden is rekening gehouden met extreme water-standen. ( waterstanden. ) De heer Dr. L. J. J. van der Kloes, Rijks- tuinbouwconsulent voor bodemaangelegenhe- den te Wageningen had „Waterbeheersing en grondbewerking” tot onderwerp. Inleider vestigde er de aandacht op, dat de grond vol-, doende diep moet zijn ontwaterd, want an-ders ( anders ) kunnen de boomwortels daarin niet le-ven ( leven ) en de bomen derhalve niet groeien. Ver-der ( Verder ) dient er in de grond voldoende lucht en humus aanwezig te zijn. Al deze factoren zijn belangrijk om te komen tot een gewenste ontwikkeling van onze vruchtbomen en uit-eindelijk ( uiteindelijk ) zo mogelijk tot een lonende fruit-teelt. ( fruitteelt. ) Een forum onder leiding van de heer Ir. C. J. J. Hooyman, Rijkstuinbouwconsulent te Arnhem, beantwoordde daarna nog een aantal vragen over watervoorziening en waterbe-heersing. ( waterbeheersing. ) Afzetvooruitzichten van fruit Op de fruitteeltdag te Eist sprak de heer L. Gijsberts van het Centraal Bureau van Tuin-bouwveilingen ( Tuinbouwveilingen ) over de af zet van ons fr
Het Nederlandse assortiment bestaat voor 31 procent uit moderne rassen (Golden Deli-. cious, Cox’s Orange Pippin, James Grieve en Stark Earliest) ; 46 procent matig gevraagde rassen en 23 procent niet gevraagde rassen. In de periode 1953/54 tot 1961/62, dus in acht jaar, werd in ons land 12.669 ha gerooid en 7.378 ha geplant. Naar mate meer geld wordt verdiend; stijgt de vraag van de consument naar rassen als James Grieve en Cox’s Orange Pippin, maar niet naar Goudreinette. In de herfst en het begin van de winter profiteren Goudreinette en James Grieve niet van meer welvaart. Pas als Cox’s Orange Pippin geruimd is, gaat men meer Goudreinette en Jonathan eten. Als wij appels opslaan, moeten we een goed produkt bewaren waarmee we in het voor-jaar ( voorjaar ) wat innerlijke en uiterlijke kwaliteit be-treft ( betreft ) de concurrentie met de importappels aan kunnen. Het gebruik van appelsap en appelmoes neemt toe. De perspectieven voor afname van fruit door de industrie zijn gunstig. Samenvattend komt inleider tot de conclusie dat de vooruitzichten voor de afzet van peren gunstiger zijn dan voor appels. Bij appelen zal in de toekomst een veel sterkere modernisering van het assortiment nodig zijn dan tot dusverre is verwezenlijkt. Zonder een omvangrijke nieuwe aanplant ap-pelen ( appelen ) zal onze teelt van hardfruit een steeds minder aantrekkelijke marktpartner worden, met alle gevolgen van dien. Bij peren dreigt gezien de zeer geringe nieuwe aanplantingen op de lange duur hetzelfde gevaar Oogstzekerheid De heer P. A. Spoor van het Landbouw Economisch Instituut had „Oogstzekerheid mede in verband met nachtvorstbestrijding” tot onderwerp. Spreker zegt, dat oogstzeker-heid ( oogstzekerheid ) de grondslag is van een rendabele be-drijfsvoering. ( bedrijfsvoering. ) De kostenstijging moeten we zien op te vangen. Daar zint de fruitteler thans op. We dienen te trachten de oogstzekerheid te ver-groten, ( vergroten, ) dat wil dus
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer