Wij Jacob Berntssoon ende Johan Willemssoon Schepenen tot Culenborch Doen condt eenen ijeder dat
op huijden dato deses / voor ons in Eijgener persoonen gecompareert zijn / Dirck Vuijstinge goudt
smit woonende tot Utrecht / man ende voocht van Francijna Willem vander Pas dochter / Ende Jan
Hermanssoon woonende tot Beusinchem / man ende voocht van Metken Willem Passen dochter / d' selve Metken
hier present / voor henluijden selven / ende vervangende Elizabeth Willem Pas dochter / wedue van Aernt
Franssoon woonende tot Amsterdam / gelovende daer voor inne te staen / Droigen op ende gaven over mit
consent van Quirina Jans, wedue van Willem vander Pas / als inden navolgende rentebrieff
volgens houwelicx vorwaerde getocht zijnde aen ende ten behouve van Peter Mattheussoon de Lou / ende
Anna Adriaen Janssoon Knobbouts dochter echteluijden / Een Rentebrieff van Duijsent gulden
hooftsoms / sprekende opte Stadt Culenborch / daer van Jaerlicx te rente betaelt wort / Twee
ende t' sestich gulden thien stuuvers /. mitte verscheenen onbetaelde Interesten vandien / Ende Renunchi=
eerden daer van ten houve van voorschreven Peter Mattheussoon ende zijne huijsfrouwe / soo dat zij
comparanten daer van ontrechticht ende de voorseijde Echteluijden daer aen gerechticht zijn ende blijven sullen
als recht Is / Allet vermogens den principalen Rentebrieff hier door getransficxeert
ende besegelt / Bekennende de comparanten mede de voorseijde somme / den lesten penningh mitten eersten
ontfangen te hebben / sonder arch / Ten Oirconde hebben wij Schepenen voornoemt elcx onsen Zegell
hier onder aen gehangen / Inden Jaere ons Heeren xvjc. drie ende twijntich / den xxv en. Novembris /.
[^Ondertekening niet leesbaar.]
Regest
1623 november 25
Jacob Berntssoon en Johan Willemssoon, schepenen van de stad Culemborg, oorkonden dat Dirck
Vuijstinge, goudsmid, wonende te Utrecht, man en voogd van Francijna Willem vander Pas dochter,
en Jan Hermanssoon, wonende te Beusinchem, man en voogd van Metken Willem Pas dochter
mede namens Elizabeth Willem Pas dochter, weduwe van Aernt Franssoon, wonende te Amsterdam,
overgedragen hebben aan Peter Mattheussoon de Lou[w] en Anna Adriaen Janssoon Knobbout dochter,
echtgenoten, een rente van 62 gulden per jaar afkomstig uit een rentebrief ter waarde van
1000 gulden.
De zegels van de oorkonders zijn verloren gegaan.
Transfix, gehecht aan de brieven d.d. 1608 maart
10 (zie volgnr. 352) d.d. 1608 april 23 (zie volgnr. 353) d.d. 1623
november 25 (zie volgnr. 354) Hieraan gehecht de brieven d.d.
1655 juni 1 (zie volgnr.355) d.d. 1679 december 13 (zie volgnr. 356).
Ondertekend door de secretaris.
afmetingen in mm: 256 x 140
[^Hokke nr. 354]
[^Foto grafzerk van Peter Mattheussoon de Lou
en Anna Adriaen Janssoon Knobbout te zien op:
Bossche Encyclopedie | Grafzerk Louw-Knobbout]
