Na zijn inspectieboek in 1947 geeft de inspecteur van de gemeente- en waterschapsarchieven aan dat de opberging van het archief om verbetering vraagt. De archieven van de dorpspolder en de gemeente zijn vermengd en liggen los op de zoldervloer opgestapeld. Hij hoopt dat het archief spoedig in gesloten houten kasten wordt geplaatst of tenminste in houten rekken met een gordijn ervoor tegen het stof. Voor de opberging van de bevolkingsregisters wordt in 1948 een brandkast aangeschaft. Een deel van het archief ligt dan nog steeds op de grond op zolder. In het bouwplan van het nieuwe gemeentehuis wordt rekening gehouden met een archiefruimte. Helaas wordt deze te klein bevonden door de archiefinspecteur. Volgens hem wordt er geen rekening gehouden met de aanwas van de bescheiden. Het archief zelf moet dringend geïnventariseerd en materieel worden verzorgd. Omdat het in 1956 gebouwde gemeentehuis geen doelmatige archiefbewaarplaats had, heeft de inventarisatie van het gemeente-archief 1811-1946 buitenshuis plaatsgevonden. In 1959 is dit gereed. Er zijn plannen voor de uitbreiding van de archiefbewaarplaats in Varik. In 1962 kwam de nieuwe archiefbewaarplaats gereed. Hiermee kwam ook het gemeente-archief Varik 1811-1946 weer terug naar Varik en werd het overzichtelijk in dearchiefbewaarplaats gezet. Naar aanleiding van het bezoek van de inspecteur in 1973, heeft hij geen opmerkingen meer ten aanzien van het archief.

Na de herindeling tot de gemeente Neerijnen, bleef het archief in de eerste instantie nog in het oude gemeentehuis van de voormalige gemeente Varik. Pas in 1980, toen de nieuwe gemeente Neerijnen het kasteel De Klingelenburg en het koetshuis te Neerijnen in gebruik nam als gemeentehuis, werd het archief van de gemeente Varik ondergebracht in de kelder van het koetshuis. In 1992 werd door het ODRP het archief van Varik op een andere plek in de archiefbewaarplaats geplaatst om hiermee de toegankelijkheid te verbeteren. Men heeft toen de in houd van dozen die bij elkaar hoort, ook fysiek bij elkaar gezet.

In 1995 werd het archief wegens het dreigende hoge water van de Waal door Gijtenbeek verplaatst en opgeslagen in een bedrijfspand van hen op het Industrieterrein "Lage Weide" te Utrecht.

In 1997 waarschuwt de archiefinspecteur dat de zorg voor de openbare archieven van de gemeente Neerijnen te wensen overlaat. De constructie van de gemeentelijke archiefbewaarplaats is tegen de meeste calamiteiten beschermd. Er is alleen een risico van overstroming door bijvoorbeeld een dijkdoorbraak. Door de uitmondingen van de ventilatiekanalen in de buitenmuren kan hoogwater in de ruimte binnendringen. Er is geen klimaatbeheersing en luchtzuivering waardoor er ook risico's zijn van temperatuur- en vochtigheidsschommelingen en schadelijke stoffen in de achiefbewaarplaats. De CV-radiator en de werkplek zijn nadelig voor het klimaat. De radiator en de leidingen kunnen voor waterschade zorgen. De houten stellingen zijn niet brandwerend en er is geen koolzuursneeuwblusser in de buurt van de archiefbewaarplaats. Verder is het archief niet toegankelijk en de materiële verpakking laat te wensen over. Hij vindt de materiële staat van het archief wel redelijk. In 2003 zijn alle archieven van de voormalige gemeenten verhuisd naar de archiefbewaarplaats in Geldermalsen.

In 1992 werden voor vernietiging in aanmerking komende bescheiden door het ODRP vernietigd. Het ging hierbij om vernietigbare comptabele bescheiden als dagboeken, kasboeken, journalen, journaalstaten en vernietigbare bijlagen van de rekening, de vernietigbare salarisbescheiden en postinschrijvingsregisters.