0016 Archief van het Gemeentelijk Gymnasium te Tiel, (1694) 1717 - 1971
0016
Archief van het Gemeentelijk Gymnasium te Tiel, (1694) 1717 - 1971
Inleiding
1.3. Stedelijke Latijnse school
1.3.3. 18e eeuw
0016 Archief van het Gemeentelijk Gymnasium te Tiel, (1694) 1717 - 1971
1. Inleiding
1.3. Stedelijke Latijnse school
1.3.3.
18e eeuw
laatste wijziging 11-03-2013
De periode 1685-1716 is één van de dieptepunten in het bestaan van de instelling. Er is een groot verloop van leraren en er zijn maar weinig leerlingen. In de 18e eeuw wordt er steeds meer van bovenaf geregeld op onderwijsgebied. Uit de 18e eeuw dateren dan ook een tweetal onderwijsreglementen uitgevaardigd door het college van curatoren.
Het reglement uit 1717 valt in twee gedeelten uiteen. Het eerste gedeelte bevat praktische regels, zoals de schooltijden (van 9 tot 12 en van 2 tot 4 uur), de verplichte kerkgang op zondag, de catechese op woensdagmiddag en de repetities op zaterdagmorgen. Het tweede gedeelte bevat richtlijnen betreffende de leerstof en de klassikale indeling. Zo horen er een rectorsklas en een conrectorsklas te zijn van elk drie 'ordines' oftewel cursusjaren. In de laagste ordine krijgen de leerlingen voornamelijk grammatika en idioom. In de tweede ligt de nadruk op Latijnse lectuur. In de derde ordine wordt aandacht geschonken aan de werken van Cato en Cicero en krijgen de leerlingen voor het eerst Grieks. In de vierde horen de werken van Ovidius en Terentius behandeld te worden. In de vijfde bestudeert men Vergillius en in de zesde Horatius en Seneca. Het enige opmerkelijke van dit reglement is de vele aandacht voor geschiedenis in de hoogste ordine * .
Het reglement uit 1732 is uitgebreider dan dat uit 1717. Het geeft geen richtlijnen betreffende praktische zaken; alleen betreffende de leerstof. Zo blijkt dat elke woensdag en zaterdag gerepeteert dient te worden en dat de gebruikte methode om Latijn te leren lezen, het schriftelijk vertalen van een Latijnse tekst en het dan weer terug vertalen in het Nederlands, is * .
Behalve concurrentie is er ook wel eens samenwerking met de Franse school, blijkens het feit dat in het begin van 18e eeuw de franse meester door de magistraat met het geven van rekenen en schrijven aan de leerlingen van de Latijnse school wordt belast. De periode 1750-1815 is voor de school wees een periode van neergang. Eind 18e eeuw raakt trouwens in het algemeen het Latijnse onderwijs in verval; m.n. door de concurrentie van de Franse scholen. In 1795 komt het onderwijs onder toezicht van de agent voor nationale opvoeding en is de volledige zelfstandigheid van de steden op onderwijsgebied voorbij. 'Opmerkelijk is dat de rectoren in de 17e en 18e eeuw meestal een nevenfunctie hebben, zoals predikant, stadsdokter of advocaat. Waarschijnlijk doet men dit om de lage inkomsten aan te vullen.
laatste wijziging 27-09-2019
559 beschreven archiefstukken
Inventaris
laatste wijziging 27-09-2019
559 beschreven archiefstukken
Kenmerken
Verversingsgraad:
onregelmatig
Taal:
Nederlands
Openbaarheid:
Onbeperkt
Omvang in meters:
14
Toegangstitel:
K. Zandberg, Inventaris van de archieven van de Latijnse School, later pro-gymnasium en gymnasium te Tiel, (1694) 1801-1971, met aanvullingen van W. Veerman en H. Merkelbach
Categorie:
laatste wijziging 27-09-2019
559 beschreven archiefstukken