Archieven

 

Uw zoekacties: Archief van het Groote Bommelsche Gasthuis, 1549 - 1881

2145 Archief van het gemeentebestuur van Deil, 1811 - 1977

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
1. Identificatie
2. Context
2.1. Naam van de archiefvormer(s)
2.2. Institutionele geschiedenis / Biografie
2145 Archief van het gemeentebestuur van Deil, 1811 - 1977
1. Inleiding
2. Context
2.2.
Institutionele geschiedenis / Biografie
Het aardrijkskundig woordenboek van A.J. van de Aa, deel 3 (Gorinchem, 1841) vertelt ons over Deil het volgende: "Deil, gemeente in den Tielerwaard, provincie Gelderland, benedendistrict, arrondissement Tiel, kanton Geldermalsen; palende noord aan de Linge, oost aan de gemeente Geldermalsen, zuid aan Waardenburg en Haaften en west aan Herwijnen. Deze gemeente beslaat een oppervlakte van 2906 bunder, telt 300 hectare en 1800 inwoners in de heerlijkheden Deil, Enspik, Rumpt en Gellicum allen aan de Linge gelegen, welke rivier veel tot welvaart der ingezetenen aanbrengt. De inwoners vinden voornamelijk hun bestaan in de landbouw, veeteelt en vetweiderij, leggende zij zich vooral op de paardenfokkerij en handel in paarden toe, waardoor zij een zekere naam hebben verkregen van een goed paardenras te bezitten, dat door de Franse kooplieden van oudsher en nog zeer gewild is.
De grond van de gemeente is vruchtbaar, dan aangezien zij, om zo te spreken, in de zak der Betuwe ligt, is zij dikwijls tot geen geringe schade met veel water gekweld.
De hervormden zijn 1200 in getal, de roomskatholieken tellen ongeveer 660. Men telt vier scholen, één in iedere kern, die gemiddeld door 140 à 170 leerlingen worden bezocht. Het wapen der gemeente bestaat uit een veld van azuur, beladen met 1 paard en een koei van zilver. In vorige eeuwen hebben in Deil 7 grote kastelen gestan, thans allen afgebroken, met namen Bakerbos, Ringelenstein, Vogeleburg, Reinestein, Schorresteyn, Palmestein en Bulkestein".

In 1820 werd Deil getroffen door een watersnood, met veel schade tot gevolg. Een aantal staten is opgenomen in de notulen van de gemeenteraad van dat jaar. Ook het dossier met inventarisnummer 2374 geeft een goed beeld hierover. Dit dossier geeft sowieso een aardig beeld van de rampen die Deil troffen in de periode 1820-1888, zo was er een storm in 1836 en 1856 en opnieuw een watersnood in 1855. Over de welvaart wordt in de gemeenteverslagen altijd wel melding gemaakt (overigens zijn de gemeenteverslagen opgenomen in de notulen van de gemeenteraad). In 1832 meldt men dat de grond vooral oliezaad, rogge, tarwe en aardappels heeft voortgebracht. De zomergranen werden meestal door veldmuizen vernield. De hooioogst is niet overvloedig geweest, maar meestal goed binnen gekomen. Men handelt in zijn eigen vee, fabrieken zijn er niet in Deil. Het lozen van het water op de Linge verloopt problematisch vanwege de ondiepten. De toestand van de kerken en torens is slecht, uitgezonderd de nieuw gebouwde kerk in Gellicum. Het schoolwezen laat veel te wensen over in kernen Gellicum en zeker in Enspijk. De scholen zijn in alle kernen slecht en te klein. Ieder jaar komen er meer behoeftigen bij. De toestand van de wegen in de winter is slecht, veelal zijn de wegen dan onbruikbaar en in de zomer hangt dat af van het weer. De Linge is weer door de ondiepte bij laag water onbevaarbaar.

Een overzicht van natuurgebieden vertelt ons dat in 1969 het grondgebied van Deil 38 hectare en 39 centiare bedroeg. De natuurgebieden zijn ook leuk om te noemen: oeverlanden langs de Linge, eendenkooien: ten zuiden van Gellicum, ten zuiden van Rumpt en eentje zonder nadere aanduiding, griend, essen en een populierenbos.

In de tweede wereldoorlog werd ook in Deil schade geleden. De pastorie in Deil werd in december 1944 in brand gestoken ten gevolge van represaille-maatregelen van de duitse bezetter . Daarnaast werden de kerkklokken in Deil. Gellicum, Rumpt en Enspijk gestolen. Het gemeentehuis was gevorderd, met de nodige schade als gevolg. Ditzelfde geldt voor de openbare lagere school in Deil en Rumpt. Schade was er ook aan de scholen in Gellicum en Enspijk. De waarnemend burgemeester informeert kort na de oorlog in juni 1945 of er zich wellicht in Doetinchem (waar NSB burgemeester Andriessen zich bevond) nog archiefstukken van de gemeente Deil zijn gevonden, maar dit was niet het geval. Op 25 juni 1967 omstreeks 17.15 uur werd ook Deil (de zuidoosthoek) getroffen door een windhoos . De windhoos trof allereerst het verkeersplein in de rijkswegen 15 en 26. Daarna werden woningen en kwekerijen aan het Oosteneind, de Krugerstraat, de Boonakkerweg en de provinciale weg oost getroffen maar ook de openbare begraafplaats werd vrijwel geheel verwoest. De windhoos trok daarna over de Linge richting Tricht, waarvan de windhoos hoofdzakelijk bekend is geworden.

In 1849 spreekt men al over een eventuele samenvoeging van Deil met Geldermalsen . Dit gaat dan nog niet door. In 1966 komt Gedeputeerde Staten met een voorstel voor de herindeling van de West-Betuwe. De eerste reactie is afwijzend, maar men stelt zich wel constructief op omdat met ook wel inziet dat er iets moet gebeuren om de economische en sociaal-culturele ontwikkeling van de West-Betuwe te bevorderen. Uiteindelijk gaat er nog een aantal jaren van bestuurlijk overleg overheen, maar per wet van 21 april 1977 besluit de regering dan toch tot gemeentelijke herindeling van de West-Betuwe. Per 31 december 1977 komt een einde aan de zelfstandigheid van Deil als gemeente. Deil wordt toegevoegd aan de nieuwe gemeente Geldermalsen. Ook de voormalige gemeenten Beesd, Buurmalsen en Geldermalsen maken daar vanaf dan onderdeel van uit.

Inwonersaantallen

1512 zielen in 1825,
1733 zielen in 1838,
1937 zielen in 1846,
2339 inwoners in 1900,
2235 inwoners op 1 januari 1925,
2152 inwoners op 31 december 1930,
2473 inwoners op 31 mei 1947,
2544 inwoners op 31 mei 1960 en
3250 inwoners op 31 december 1976 In 1838 gaan 84 kinderen in Deil, 40 in Enspijk, 82 in Rumpt en 45 in Gellicum naar school, de kernen kennen allemaal 1 openbare school. De scholen hebben in totaal 3 klassen. Men geeft aan dat de schoolvertrekken te klein zijn en de woningen voor de onderwijzers in een behoorlijke staat. De polder van Deil is eigenaar van het schoolgebouw in Deil. De Hervormde gemeenten van Rumpt en Enspijk zijn eigenaar van het schoolgebouw daar. De gemeente zelf is eigenaar van het schoolgebouw in Gellicum.

In Enspijk kon men een cursus vervolgonderwijs volgen aan de Openbare Lagere School aldaar. In Deil had met een vervolgcursus voor jongens, lessen werden gegeven op de Lingedijk in Deil. In Rumpt ook de mogelijkheid tot het volgen van een cursus voor vervolgonderwijs bij de Openbare lagere school. In Gellicum gaf met een cursus voor herhalingsonderwijs aan de lagere school. Men gaf de cursus alleen voor jongens, later op de middag en ook alleen maar in de wintermaanden net als de andere cursussen voor vervolgonderwijs. Lijst van burgemeesters:

-Gualtherus Kolff, geboren 3 juli 1775, schout 1804-1811, burgemeester 1811-1835

-Willem Marinus Kolff, geboren 7 juni 1810, 1835-1868

-Gualtherus Marinus Kolff, geboren 8 augustus 1815, 1868- 5 december 1879 (overleden)

-Anthonie Johannis Adriaan. Verweij, geboren 22 december 1849, 27 januari 1880 – 12 augustus 1880

-Mr. Marius Kolff, geboren 24 januari 1848, 17 augustus 1880-1914 april 30

-Mr. Willem Marinus. Kolff, geboren 6 februari 1882, 10 juni 1914- 10 oktober 1942 (door duitsers gevangen genomen 8 augustus 1942, en in gevangenschap overleden 25 januari 1944)

-Huibert Carel Verstegen, geboren 28 april 1881, waarnemend 8 augustus 1942-1 juli 1943, 10 november 1944- 12 september 1945

-Joh.A.F. Andriessen, geboren 23 juli 1896, 1 juli 1943 – 11 november 1944 (NSB-er, tevens waarnemer in Varik en Est en Opijnen)

-George Justinus. Kolff, geboren 25 november 1913, 12 september 1945 – 1 maart 1946, waarnemend

-Mr. George Justinus Kolff, geboren 25 november 1913, 1 maart 1946 – 1 november 1974

-Lammert Jan Hommes, geboren 6 december 1931, 20 oktober 1970-16 april 1971, waarnemend

-Hendrikus Johannes Antonius. Verberk, geboren 23 juli 1907, 6 december 1974 - 1 september 1977, waarnemend

-Willem van Veeren, geboren 10 januari 1922, 1 september 1977-31 december 1977, waarnemend
2.3. Geschiedenis van het archief
2.4. Verwerving
3. Inhoud en structuur
4. Voorwaarde voor raadpleging en gebruik
5. Verwant materiaal
6. Aantekeningen
7. Beschrijvingsbeheer

Kenmerken

Status toegang:
Definitieve toegang / toegang afgerond
Verversingsgraad:
onregelmatig
Taal:
Nederlands
Openbaarheid:
Beperkt
Omvang in meters:
45,50